Communicatieve vaardigheden les 6

Communicatieve vaardigheden
les 6
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Helpende zorg en welzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Communicatieve vaardigheden
les 6

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je nog van vorige week....

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Laat OMA thuis...
OMA betekent
A
Luisteren, samenvatten, doorvragen
B
open, eerlijk en nieuwsgierig
C
Opvattingen, meningen en adviezen
D
Open mondelinge afspraken

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat is AVG?
A
Je persoonlijke gegevens, zoals adres
B
staat voor altijd veel gecommuniceerd
C
Een wet die de privacy van mensen beschermt
D
houdbaarheidsdatum op een product

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat is NIET 1 van de 4 gedragsregels waar je rekening mee dient te houden bij communicatie?
A
zorg voor een professionele houding
B
Zorg voor koffie en thee bij een gesprek
C
ga met respect met elkaar om
D
laat zie dat je de ander wilt helpen

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Leervragen deze les
  1. Wat zijn communicatierichtlijnen in een organisatie
2. Wat zijn de wensen van een patiënt? 


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Huisstijl
Organisaties hebben een huisstijl. Deze huisstijl bepaalt de uitstraling naar de buitenwereld. Een vakantiepark voor gezinnen zal voor een gastvrije, vrolijke en gezellige uitstraling kiezen, terwijl een natuurcamping eerder rust wil uitstralen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat stralen de volgende logo's uit?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

De huisstijl
De huisstijl bepaalt hoe de communicatie eruitziet. Denk hierbij aan de vormen, kleuren en lettertypes van:

  • het logo van de organisatie
  • folders, brieven en e-mails
  • bedrijfskleding
  • reclamematerialen
  • visitekaartjes
  • website

Slide 13 - Slide

Je referentiekader wordt bepaald door de mensen met wie je omgaat.
Familie, vrienden, opleiding, maar ook de media.
Door verschillen van de referentiekader kunnen er communicatieproblemen ontstaan.

Je begrijpt de ander niet omdat je totaal anders denkt, andere interesse hebt of een andere politieke overtuiging of levensbeschouwing.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Communicatierichtlijnen

Er zijn verschillende communicatiemiddelen die je kunt gebruiken. Kies steeds het middel dat het beste past bij de situatie.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Let verder op dat je...

1. Snel berichten beantwoord
2. Blijf zakelijk
3. Kies voor een neutrale stijl
4. Gebruik correct Nederlands

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

MAKEN

Communicatierichtlijnen: 41, 42, 43, 44, 45 en 46

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Leervragen
  1. Wat zijn communicatierichtlijnen in een organisatie



Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Toets Communicatieve vaardigheden
In de eerste bufferweek
In de toets: de theorie van de volgende onderdelen
2.2 gastvrije communicatie t/m 2.18 Communicatierichtlijnen
Zorg dat je weet wat er in de hoofdstukken staat. Maak samenvattingen. 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

OEFENVRAGEN TOETS
Op de volgende slides voorbeelden van vragen die op de toets kunnen worden gesteld. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

'je hebt het net gehad over waar je vroeger woonde, wat je deed qua werk en met wie je getrouwd bent' is een voorbeeld van...
A
samenvatten
B
doorvragen
C
luisteren
D
een oordeel

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Laura verteld aan Samira wat zij heeft meegemaakt op haar stage.
Welke rol heeft Laura in het communicatieproces?
A
ontvanger
B
zender
C
ruis
D
boodschap

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wat is 'actief luisteren'?
A
Rechtop zitten tijdens het luisteren.
B
Eerst goed luisteren en dan advies geven.
C
Luisteren zonder iets terug te zeggen.
D
Geconcentreerd luisteren en checken of je de ander goed begrijpt.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen voorbeeld van non-verbale communicatie?
A
Fluisteren
B
Gebaren
C
Oogcontact
D
Lichaamshouding

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions