What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
fictie haardvuurdebat
Fictie
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Fictie
Slide 1 - Slide
Vandaag
Haardvuurdebat.
Morgen vervalt het derde uur.
Slide 2 - Slide
Schrijf drie kenmerken op van het debat.
Tekstdoel: overtuigen.
Mening geven over stelling.
Argumenten (AUB model).
Vastgestelde spreektijd.
Voor-of tegenstander.
Je overtuigt de jury.
Slide 3 - Slide
De volgne4d
Haardvuurdebat 30 mei:
Jury:
Giel
Lise
Sarah
Hugo
Christian
Freek
Maas
Feline
Siem
Daniel
Stijn
Femke
Slide 4 - Slide
De volgne4d
Haardvuurdebat 31 mei:
Jury:
Luna
Juliette
Eva
Max
Christian
Guusje
Femke
Joppe
Berend
Saar
Daan
Hugo
Bernt
Slide 5 - Slide
We zitten met 5 personen met een boek rondom een haardvuur.
Nodig:
3 juryleden per les- zij letten op inhoud. Wie is beste per groep.
Rest van de groep- let op presentatie en stemmen mee.
Regels haardvuurdebat
Vier of vijf personen na elkaar aan de beurt.
Hun leesboek mee.
Je vertelt om de beurt in één tot anderhalve minuut je argumenten.
Verhaal heeft driedeling.
Geef in inleiding korte mening.
Midden-argumenten (AUB)
Slot-samenvatten en conclusie.
Slide 6 - Slide
De volgne4d
Haardvuurdebat 6 juni:
Jury:
Nog inhalen:
Luna en Juul-ma 19 juni
Isabel
Daan
Fieke
Ismael
Tim
Daniel
Finn
Bernt
Maite
Juul
Stijn
Christian
Guusje
Saar
Berend
Slide 7 - Slide
Presentatie en inhoud haardvuurdebat
PRESENTATIE
Houd een goed tempo aan.
Kijk de klas in (publiek).
Praat enthousiast.
Praat duidelijk.
INHOUD
Inleiding: leuke beginzin.
Noem titel en schrijver.
Geef korte samenvatting boek (drie zinnen).
Midden (argumenten over): Round/flat character.
Spanning in verhaal (open plekken)
Einde van verhaal.
Slot: korte samenvatting/slotzin.
timer
1:30
Slide 8 - Slide
Round character
Flat character
Belangrijke persoon in een verhaal.
Moet meestal een probleem oplossen.
Verandert daardoor.
Lijkt een echte persoon.
Heeft een duidelijk karakter.
Omschrijf met eventueel citaat.
Loopt rond in het verhaal maar is niet belangrijk.
Je weet weinig van deze persoon.
Soms weet je de naam maar van zijn/haar karakter weet je nauwelijks iets.
Omschrijf en leg uit.
Slide 9 - Slide
Spanning in een verhaal
Je hebt vragen over de hoofdpersoon.
Er is een moord gepleegd. Wie heeft het gedaan?
Het is donker en slecht weer.
De personen vertrouwen elkaar niet.
Je krijgt informatie uit het verleden of de toekomst.
De schrijver speelt met tijd.
De schrijver gebruikt een cliffhanger.
Gebruik van open plekken.
Slide 10 - Slide
Hoe begint een verhaal?
ab ovo
Betekent: uit het ei.
Werkt chronlogisch
Het verhaal begint bij het begin en gaat in de tijd door tot het einde.
in medias res
Betekent: in het midden
Verhaal begint in het midden van de gebeurtenissen. Dat betekent dat er gedeeltelijk wordt teruggeblikt. Er wordt gespeeld met tijd.
post rem
Betekent: aan het einde.
Verhaal begint aan het einde van de gebeurtenissen. Dat betekent dat er veel terugblikken zijn. Er wordt gespeeld met tijd.
Slide 11 - Slide
Einde van verhaal: Open of gesloten?
Gesloten einde
: alle vragen van de lezer zijn beantwoord.
Open einde
: de lezer moet veel zelf bedenken. Niet alle vragen zijn beantwoord.
Kijk ook naar:
Hoe begint het boek? Past de kaft bij het verhaal? Gebeurt er iets volkomen onverwachts? Perspectief?
Slide 12 - Slide
Argumenten zijn: (Kies het beste antwoord).
A
Voorbeelden voor je mening
B
Redenen voor je mening waarbij je AUB model gebruikt.
C
Beoordelingen
Slide 13 - Quiz
Wat kan de eerste open plek in een verhaal zijn? (Kies het beste antwoord).
A
Eerste hoofdstuk
B
Titel van het boek
C
Cliffhanger aan het eind van elk hoofdstuk.
D
Open eind
Slide 14 - Quiz
Als een verhaal in het midden van de gebeurtenissen begint, noemen we dat...
A
ab ovo
B
in medias res
C
post rem
D
flashbacks
Slide 15 - Quiz
In een inleiding van een tekst of debat moet je vooral
A
vooruitblikken
B
aandacht trekken
C
al kort je mening aangeven
D
je argumenten noemen
Slide 16 - Quiz
30
6
Wanneer?
Mei
Juni
31
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
create.kahoot.it
Slide 19 - Link
More lessons like this
fictie haardvuurdebat
May 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Why I love this book
May 2023
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Why I love this book DITM
May 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Fictie afronden en Why I love this book
February 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Lagerhuisdebat
May 2020
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
tijdelijk weggezet haardvuurdebat
May 2021
- Lesson with
11 slides
Middelbare school
fictie haardvuurdebat
March 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Why I love this book
April 2021
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3