Les 42 H5

Du hast 3 min für:



  • oortjes uit
  • mobiel in je tas
  • iPad/boeken op tafel
  • ingelogd in LessonUp
timer
3:00
1 / 19
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Du hast 3 min für:



  • oortjes uit
  • mobiel in je tas
  • iPad/boeken op tafel
  • ingelogd in LessonUp
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wiederholung
Bist du bereit?

Slide 3 - Slide

der Salat
das Obst
der Teller
der Kaffee
der Löffel
der Reis
der Zucker
das Salz
das Gemüse
Speisekarte
das Messer
die Gabel
das Fleisch
der Tee
Orangensaft
trinken
essen
die Nudeln
die Tasse

Slide 4 - Drag question

Übersetze: Pardon!
A
Bitte!
B
Danke!
C
Guten Appetit!
D
Entschuldigung!

Slide 5 - Quiz

Schreibe die Gegensätze von: danke

Slide 6 - Open question

Wat was de regel voor het onbepaald lidwoord? (ein(e), kein(e)

Slide 7 - Open question

Frau (v)
Mann (m)
Kind (o)
Kinder (mv)
Kombiniere die Artikel mit den Nomen
der
die
die
das
ein
ein
eine
keine

Slide 8 - Drag question

Habt ihr _________ Mann (m) gesehen?
Die Polizei sucht _________ Frau (v).
Im wasser schwimmt _________ Kind (o).
_________ Eltern (mv) sind sehr streng.
_________ Hund (m) isst das Futter
ein
ein
eine
eine
ein

Slide 9 - Drag question

Possessivpronomen (bez. vnw)

Slide 10 - Slide

Voorbeelden bezittelijk voornaamwoord:

- Ik eet mijn banaan. / Ich esse meine Banane.

- Dat is jouw huis.     /  Das ist dein Haus.

- Waar is zijn fiets?   /  Wo ist sein Fahrrad?

Slide 11 - Slide

ich
ik
du
jij
er
hij
sie
zij (ev)
wir
wij
ihr
jullie
sie
zij (mv)
Sie
U
mein-
mijn
dein-
jouw
sein-
zijn
ihr-
haar
unser-
ons/onze
euer-
jullie
ihr-
hun
Ihr-
Uw
Persoonlijke voornaamwoorden
Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 12 - Slide

Possessivpronomen
Bezittelijke voornaamwoorden
krijgen dezelfde uitgang als de
woorden ein(e) en kein(e).

Slide 13 - Slide

Dies ist (mijn)…...Buch (o)


A
mein
B
meine

Slide 14 - Quiz

Maaike ist (haar) Freundin (v).
A
ihr
B
ihre

Slide 15 - Quiz

Das sind (onze) Eltern (mv)
A
unser
B
unsere

Slide 16 - Quiz

An die Arbeit!
Was?
Kapitel 5: Seite 152
E Grammatik: Aufgabe 25-31 
Wie?
individuell, digital
Wie lange?
20 Minuten 
Hilfe?
Benutze die Lernliste auf Seite 168/169
timer
20:00

Slide 17 - Slide

Terugblik op de les
Tevreden
Ontevreden
Verrast
Geleerd
Ontdekt

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide