5.4 Criminaliteit les 1 aangepast

1 / 24
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lees het artikel Pak het artikel erbij
- onderstreep de woorden die je niet kent
- In het artikel hebben ze het over materiële en immateriële schade, onderstreep deze voorbeelden
- welke oorzaken van criminaliteit worden genoemd in het artikel
Terugblik

Slide 2 - Slide

Bespreken van de tekst 
Criminaliteit heeft gevolgen op materieel vlak en immaterieel vlak. 
Deze gevolgen hebben te maken met geld
De psychologische gevolgen van criminaliteit, gevoelens en de beleving van slachtoffers. 

Slide 3 - Slide

Materiële gevolgen
  • Er zijn kosten voor burgers en bedrijven om   criminaliteit te voorkomen. 
  • Er zijn ook kosten voor burgers en bedrijven als gevolg   van criminaliteit. 
  • De uitgaven van de overheid lopen ook hoog op om   criminaliteit te bestrijden. 

Hoe zit dat in het artikel?

Slide 4 - Slide

Immateriële gevolgen
  • Er zijn gevoelens van angst en onveiligheid
  • Er kan emotionele of geestelijke schade zijn 
  • Mensen kunnen het vertrouwen in de overheid en de   politiek verliezen 
  • Hoe zit dat in het artikel?

Slide 5 - Slide

Wat is NIET waar over de rechtsstaat.
A
De rechtsstaat is een 20ste eeuwse uitvinding.
B
Er is een grondwet met grondrechten.
C
Burgers worden beschermd tegen machtsmisbruik van de overheid.
D
De rechtsstaat zorgt voor vertrouwen en wederkerigheid.

Slide 6 - Quiz

Ook het koningshuis moet zich aan de wet houden.
A
Dit past bij een rechtsstaat.
B
Dit past niet bij een rechtsstaat.

Slide 7 - Quiz

In een rechtsstaat mag een journalist alles schrijven wat hij wil.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 8 - Quiz

een rechter kan niet worden ontslagen
A
rechtsstaat
B
dictatuur

Slide 9 - Quiz

rechtsstaat

Slide 10 - Slide

Rechtsstaat

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

timer
10:00
blz 124

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Afronding

Slide 21 - Slide

Wat is een overeenkomt tussen een overtreding en een misdrijf ?
A
Bij beide gevallen krijg je een strafblad
B
Beide gevallen zijn strafbare feiten
C
Het is is beide net zo ernstig
D
Er is van beide sprake van criminaliteit

Slide 22 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van zware criminaliteit?
A
Moord
B
Gewapende overval
C
Inbraak
D
Fietsendiefstal

Slide 23 - Quiz

tijdgebonden criminaliteit 
plaatsgebonden criminaliteit
Te klein geboren kinderen weggooien
Pistool bij je hebben
internet
fraude
overspel
abortus

Slide 24 - Drag question