This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Coachuur
1. Frisse start:
Brief schrijven (aan jezelf)
2. Stellingen
Slide 1 - Slide
In groepje van 5. Vertel 2 waarheiden 1 leugen over jezelf. Wat is waar en wat een leugen? Wie heeft het goed?
timer
5:00
Slide 2 - Slide
Online: Doe eens lief?!
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Groeps-gesprek
Waar ligt de grens tussen een geintje en iemand kwetsen?
Welk gevolg hebben gesprekken/opmerkingen/plaatjes die online gedeeld worden op de sfeer en veiligheid in de klas?
Slide 5 - Slide
In groepjes van 4:
Discussie vragen:
Vraag 1: Online interactie; Wat kan wel ? Wat kan niet ?
Vraag 2: Wat zeg je tegen iemand die een grens over gaat?
Opdracht: DOEN!
Maak een lijst met regels over hoe je zou willen dat iedereen in de klas met elkaar zou omgaan in de online omgeving. Hoe maken we het sociaal veilig op de online plek waar docenten en ouders niks van zien of horen?
timer
2:00
Slide 6 - Slide
Noteer: Welke online gedragsregels helpen bij een fijne sfeer in de groep?
Slide 7 - Open question
Afspraken
We gaan online respectvol met elkaar om:
Er worden GEEN afbeeldingen van personen gedeeld. NOOIT NIET!
Voor je iets zegt of doet bedenk je hoe dit op de persoon overkomt.
Als iemand een grens aangeeft, je vraagt te stoppen, dan geef je daar gehoor aan.
Als emoties oplopen. Stop met typen. Maak een fysieke afspraak en praat met elkaar.
Slide 8 - Slide
Navolging
Jullie zijn samen verantwoordelijk voor goede online sfeer als klas. (Voed elkaar een beetje op)
Overtreed iemand de afspraken. Spreek elkaar erop aan. Wordt daar niet goed op gereageerd: Meld het bij de mentor. Je bent geen klikspaan.
Asociale uitlatingen: grof taalgebruik of lelijk gedrag, pesten, ongevraagd afbeeldingen versturen van iemand uit de klas zijn niet toelaatbaar. Leerlingen die dit doen worden door de mentor opgeroepen en krijgen via de conrector een straf opgelegd.
Slide 9 - Slide
Persoonlijk voorwerp
Neem iets mee (niet te groot) waarbij jij een mooi verhaal over jezelf kunt vertellen.
Verklap het nog niet iemand uit de klas.
Want iedereen laat Donderdag éérst zijn item zien. Dan gaan we raden wat dit met jou te maken heeft.
Vervolgens vertel jij waar jouw voorwerp voor staat.
Slide 10 - Slide
Stelling over jou: Als jij iemand in de klas ziet die je nog niet kent dan...
A
weet je meteen of je hem of haar wel of niet leuk vindt.
B
wacht je af en doe je niks.
C
stel je eens een vraag aan die persoon.
D
ben je meteen mega nieuwsgierig.
Slide 11 - Quiz
Wat maakt het gezellig in de klas?
A
Duidelijke regels.
B
Aandacht voor de les en elkaar.
C
Als je naast je beste maatje kunt zitten.
D
Als iemand heel grappig doet.
Slide 12 - Quiz
Wanneer voel jij je goed in de groep?
A
Als het niet te druk is.
B
Als je veel mag zeggen.
C
Als mensen je mogen.
D
Als je goed kunt werken.
Slide 13 - Quiz
Wat doe jij het liefst in gezelschap?
A
luisteren
B
lachen
C
van jezelf laten horen
D
samen werken
Slide 14 - Quiz
Welk gedrag zorgt voor een top-sfeer in de groep?
Slide 15 - Mind map
Handen
Leg je eigen hand op een papier en omtrek je hand met een pen!
Vul bij elke vinger het volgende in: (zie plaatje)
Doe alle papieren handen in een bak!
De coach laat iemand een papieren hand pakken en oplezen wat erop staat.
Steek je vinger op als je weet van wie de hand is!