schrijfopdracht betoog (h 2 en 3)

schrijven hoofdstuk 2 en 3
Welkom in deze digitale les
Fijn dat je er bent!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, tLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

schrijven hoofdstuk 2 en 3
Welkom in deze digitale les
Fijn dat je er bent!

Slide 1 - Slide

Wat is een betoog?

Slide 2 - Mind map

doelen
Ik weet wat een betoog is en ik kan dat laten zien in de opdracht: “betoog schrijven”


Ik kan een verslag maken in word met een voorpagina, een titel, een voorwoord, een betoog en een nawoord.

Ik kan ik het verslag goede zinnen schrijven die kloppen met de grammatica-en spellingsregels.

Ik kan een klasgenoot overtuigen in mijn betoog. Ik laat dat zien in mijn geschreven betoog.

Ik bewijs dat ik dat kan door een verslag in te leveren die aan de afgesproken punten voldoet op de afgesproken datum is ingeleverd. (deze staan in je opdracht: schrijf een betoog)

Slide 3 - Slide

betoog
Een betoog is een tekst waarin een bepaald standpunt wordt verdedigd met behulp van argumenten. 

Je wilt de lezer overtuigen.


Slide 4 - Slide

overtuigen hoe doe je dat?
gebruik goede argumenten.

Slide 5 - Slide

Wat zijn ook alweer argumenten?

Slide 6 - Open question

argumenten
je kunt ze zelf verzinnen
Je kunt internet gebruiken voor goede argumenten

Met een goed argument kun je iets voor elkaar krijgen wat anders niet zou lukken. (het is dus een middel met macht)

Slide 7 - Slide

Waar moet je op letten als je een titel boven een betoog schrijft?

Slide 8 - Open question

wat staat er in de inleiding van een betoog?

Slide 9 - Open question

Wat hoort er in de kern van een betoog?

Slide 10 - Open question

Hoe maak je een goede alinea en dus een goede indeling van je kern?

Slide 11 - Open question

Wat hoort er in een slot van een betoog?

Slide 12 - Open question

doelen
Ik weet wat een betoog is en ik kan dat laten zien in de opdracht: “betoog schrijven”


Ik kan een verslag maken in word met een voorpagina, een titel, een inleiding, een betoog en een nawoord.

Ik kan ik het verslag goede zinnen schrijven die kloppen met de grammatica-en spellingsregels.

Ik kan een klasgenoot overtuigen in mijn betoog. Ik laat dat zien in mijn geschreven betoog.

Ik bewijs dat ik dat kan door een verslag in te leveren die aan de afgesproken punten voldoet op de afgesproken datum is ingeleverd. (deze staan in je opdracht: schrijf een betoog)

Slide 13 - Slide

oefenen
Om deze doelen te bereiken gaan we dit stap voor stap oefenen.
Lees goed de opdracht: schrijf een betoog.
Deze kun je vinden in magister bij opdrachten.
In de les gaan we hier stap voor stap mee aan de slag

Slide 14 - Slide