Dit, Dat, Deze, die

Grammar
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1,2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Grammar

Slide 1 - Slide

Plan of the day
Lesdoel
Grammar recap
Mini quiz
Assignment 1
Assignment 2

Slide 2 - Slide

Hier is de appel ver weg

Dus dan zeg je: That apple.

Slide 3 - Slide

Aanwijzende voornaamwoorden
  • Ik heb hier een pen in mijn hand. Dat is dus dichtbij.
  • Als iets dichtbij is, en je hebt het over DEZE pen, dan zeg je: This pen.
  • Is de pen verder weg, dan zeg je That pen.

Slide 4 - Slide

Wat nou als er meerdere appels zijn?
Meerdere appels dichtbij:

Here are THESE apples.

Slide 5 - Slide

En meerdere vogels ver weg?
Dan zeg je:

THOSE birds.

Slide 6 - Slide

Dus:

Dichtbij:
Enkelvoud
  • This (deze, dit)


Meervoud:
  • These (deze)
  • Bij dichtbij staat er ook vaak:
  • Over here (hier)


Verder weg:
Enkelvoud:
  • That (die, dat)


Meervoud:
Those (die)
Bij ver weg staat er ook vaak:
Over there (daar)

Slide 7 - Slide

......man next to me, is my father
A
That
B
Those
C
These
D
This

Slide 8 - Quiz

......girl over there is wearing a green shirt
A
That
B
This
C
These
D
Those

Slide 9 - Quiz

Do you want ..... eggs from ..... shop around the corner?
A
This/That
B
This/Those
C
Those/That
D
These/Those

Slide 10 - Quiz

Can you please bring me...... flowers?
A
Those
B
These
C
This
D
That

Slide 11 - Quiz

I am going to write in......book, not in.....book
A
That/Those
B
This/That
C
These/Those
D
Those/This

Slide 12 - Quiz

Please come quick, I want to show you..... pair of jeans.
A
That
B
Those
C
These
D
This

Slide 13 - Quiz

Aan de slag!

Slide 14 - Slide

Some and Any.

Slide 15 - Slide

Wat betekent some en any?
Een aantal, wat, een enkele.

Ik heb een aantal pennen.

Slide 16 - Slide

Wat zijn + - en ? zinnen ook al weer?
Een + zin:
Er staat geen NOT en er staat geen ? achter.
I eat some apples.

Een - zin:
Er staat NOT in de zin:
We do not eat any apples.

Een ? zin:
Er staat altijd een vraagteken achter de zin:
Do you eat any apples?


Slide 17 - Slide

Some

Wanneer gebruik je some?
Some gebruik je in een + zin.

I have got SOME oranges.
Any

Wanneer gebruik je any?
Any gebruik je in een - en ? zin.

I have not got any oranges.
Have I got any oranges?

Slide 18 - Slide

Zijn er uitzonderingen? Tuurlijk....
In een vraagzin waarin je iemand iets aanbiedt, gebruik je SOME in plaats van ANY.
Would you like some cookies?

Ook in vragen waarvan je bijna zeker weet dat het antwoord "ja": is, gebruik je some in plaats van any.

Can I have some salt please?

Slide 19 - Slide

You must be thirsty. Would you like ..... water?
A
some
B
any

Slide 20 - Quiz

I have not got..... money in my wallet.
A
Any
B
Some

Slide 21 - Quiz

Are there...... problems with your internet?
A
Any
B
Some

Slide 22 - Quiz

John drank..... milk before he went to bed.
A
Any
B
Some

Slide 23 - Quiz

Mark does not have......time
A
Some
B
Any

Slide 24 - Quiz

I found......niceshoes on that site.
A
Some
B
Any

Slide 25 - Quiz

Walter, could you bring us......water please?
A
Some
B
Any

Slide 26 - Quiz

We visited......nice places on holiday
A
Any
B
Some

Slide 27 - Quiz

Aan de slag!

Slide 28 - Slide