15.1 tm 2

Waarom wonen hier geen kikkers??
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Waarom wonen hier geen kikkers??

Slide 1 - Slide

en waarom hier niet?

Slide 2 - Slide

Doel
Je kunt de omstandigheden die relevant zijn voor de overleving van een soort indelen in biotische en abiotische factoren.

Slide 3 - Slide

Abiotisch vs Biotisch
biotische factoren: Alle levende of dode componenten van een ecosysteem

abiotische factoren: Alle levenloze componenten van een ecosysteem.


Slide 4 - Slide

Biotisch
Abiotisch
Wind
Lucht
Zuurstof
Water
Grond
Roofvijanden
Soort
genoten
Plant
Bacterie
Voedsel

Slide 5 - Drag question

klimaatzones / vegetatiegordels

Slide 6 - Slide

berghellingen

Slide 7 - Slide

DOEL
Je kent de voor ecologie relevante organisatieniveaus en kunt ze in een context herkennen en benoemen.

(theorie 23.1)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Organisatieniveaus
Populatie: Alle individuen van 1 soort in een bepaald gebied die onderling voortplanten

Levensgemeenschap: Alle populaties in een bepaald gebied

Ecosysteem: alle (a)biotische factoren in een bepaald gebied

Bioom: Ecosysteem op wereldschaal (regenwouden, woestijnen, toendra's, bergketens etc)

Slide 10 - Slide

Niveau Individu: Zelfde soort? Hoe weet je dat (voorkennis)?

Slide 11 - Slide

Wat is de definitie van een soort?
Dieren van dezelfde soort kunnen samen voortplanten en vruchtbare nakomelingen voortbrengen.

niet in boek, wel voorkennis

Slide 12 - Slide

Dit zijn twee soorten honden
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Organisatieniveaus
Populatie: Alle individuen van 1 soort in een bepaald gebied die onderling voortplanten

Levensgemeenschap: Alle populaties in een bepaald gebied

Ecosysteem: alle (a)biotische factoren in een bepaald gebied

Bioom: Ecosysteem op wereldschaal (regenwouden, woestijnen, toendra's, bergketens etc)

Slide 14 - Slide

Gebied
bepaald door de grenzen waarbinnen de populaties zich (meestal) voortplanten.

Vijvers en Meren zijn makkelijk, de rest enigszins arbitrair.

Slide 15 - Slide

Ecosysteem?
Ecosysteem?

Slide 16 - Slide

"Het aantal grote grazers wordt verminderd in de oostvaarderplassen, zodat er het hele jaar rond voldoende gras en struiken aanwezig zijn voor alle grazers. In de winter bepaalt de dikte van een dier of bijvoeren nodig is." Benoem de genoemdeorganisatieniveaus

Slide 17 - Open question

Vul de tabel op basis van 15.2.2 en 15.2.3
Ecosysteem
Populaties (soorten)
abiotische factoren
biodiversiteit hoog/laag?
timer
10:00

Slide 18 - Slide

maak een foto van je tabel en voeg in.

Slide 19 - Open question

Wat zijn volgens jou de hoofdzaken van deze les

Slide 20 - Open question