9.5 en 9.6

vrijdag 10 juni
  • Huiswerk: 9.4 af
  • Actualiteit: Peter R. de Vries
  • Uitleg 9.5 + 9.6
  • Aan het werk
huiswerk: 
  • dinsdag 14 juni 9.5 + 9.6 af
  • vrijdag 17 juni toets criminaliteit
1 / 30
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

vrijdag 10 juni
  • Huiswerk: 9.4 af
  • Actualiteit: Peter R. de Vries
  • Uitleg 9.5 + 9.6
  • Aan het werk
huiswerk: 
  • dinsdag 14 juni 9.5 + 9.6 af
  • vrijdag 17 juni toets criminaliteit

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

NIEUW: spreekrecht nabestaanden en slachtoffers
Er zijn ook tegenstanders van dit spreekrecht voor nabestaanden en slachtoffers. Vooral uit de hoek van de advocatuur. Waarom denk je?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

In Nederland zijn de rechten en plichten van mensen en de overheid vast gelegd in de wet we noemen Nederland dan ook een:
A
totalitaire staat
B
dictatuur
C
politiestaat
D
rechtsstaat

Slide 18 - Quiz



Een voorbeeld van niet materiële schade is
A
niet meer alleen over straat durven na een mishandeling
B
een beschadigde telefoon
C
een gestolen fiets
D
lek gestoken band

Slide 19 - Quiz


Als je iemand straft om hem opnieuw de normen en waarden te leren dan heet dit:
A
afschrikking
B
lik-op-stuk beleid
C
resocialisatie
D
repressie

Slide 20 - Quiz

Als je kijkt naar de persoonlijke kenmerken van mensen die criminaliteit plegen, dan komt criminaliteit vaker voor bij:
A
Vrouwen in de tussen de 18 en 23 jaar
B
Autochtone jongeren
C
Jongeren met een bijbaantje
D
Jongeren die school verlaten zonder diploma

Slide 21 - Quiz

Welke drie keuzes heeft de officier van justitie als hij of zij een zaak krijgt voorgelegd?

Slide 22 - Open question

Wat is de oorzaak van crimineel gedrag volgens de aangeleerd-gedragstheorie?
A
Dat mensen moeite hebben om hun driften te beheersen.
B
Dat iemand met strafbare middelen zijn levensdoelen wil bereiken.
C
Dat mensen gevoelig zijn voor foute vriendjes.
D
Dat iemand als kind te veel door zijn ouders is gestraft.

Slide 23 - Quiz

Welke rol heeft de officier van justitie tijdens de rechtszaak?
A
De rechtszaak leiden.
B
Het vonnis (de staf) bepalen.
C
De verdachte verdedigen.
D
De schuld van de verdachte bewijzen.

Slide 24 - Quiz

Hoe noem je een oproep om naar de rechtbank te komen?
A
Een proces-verbaal.
B
Een dagvaarding.
C
Een schikking.
D
Seponeren.

Slide 25 - Quiz

Rechters kunnen kiezen voor verschillende straffen. Wat voor straf is tbs?
A
Maatregel
B
Bijkomende straf
C
Hoofdstraf
D
Preventie.

Slide 26 - Quiz


Het voordeel van een taakstraf is dat je:



A
kunt kiezen tussen een boete en gevangenisstraf
B
niet de gevangenis in hoeft
C
alleen een boete hoeft te betalen
D
onschuldig bent

Slide 27 - Quiz

Wanneer komt iemand in aanmerking voor een straf bij bureau Halt?
A
Bij zware misdrijven.
B
Bij asociaal gedrag.
C
Bij lichte misdrijven.
D
Bij overtredingen.

Slide 28 - Quiz



……………… is een voorbeeld van een bijkomende straf.
Welke woorden zijn weggelaten?


A
Een taakstraf
B
Een gevangenisstraf
C
Een tijdje je rijbewijs kwijt
D
Een geldboete

Slide 29 - Quiz

Aan de slag!
Huiswerk: 
  • donderdag 23 juni  9.6 af
  • maandag 27 juni toets criminaliteit

Slide 30 - Slide