This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Deze les ga je het Griekse werkwoord herhalen. Aan het eind van de les ken je:
Het praesens
Het imperfectum
De infinitivus
De imperativus ev. en mv.
Deze les ga je de Griekse goden herhalen. Aan het eind van de les weet je van elke god(in):
De Griekse naam
De Romeinse naam
De functie
Het attribuut
Slide 2 - Slide
Het werkwoord
We beginnen j=heel rustig aan met een stukje herhaling. Maak de volgende sleepvraag.
Slide 3 - Slide
Werkwoord
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
jullie
wij
zij
ik
hij/zij/het
jij
Slide 4 - Drag question
Het werkwoord
Bestudeer van je oefenboek blz. 199, 201 en 203 het praesens, imperfectum, de infinitivus en imperativus actief en medium van λύω, ποιέω, νικάω en εἰμί.
Maak de volgende opdrachten over het praesens.
Slide 5 - Slide
1e ev
2e ev
3e ev
1e mv
2e mv
3e mv
κρατοῦσιν
λύετε
ἐκβαινεις
γαμεῖ
σῴζομεν
δακρύω
εἰμί
εἶ
ἐστί(ν)
ἐσμέν
ἐστέ
Slide 6 - Drag question
Praesens indicativus Medium
1e ev
2e ev
3e ev
1e mv
2e mv
3e mv
λύομαι
λύει
λύεται
λυόμεθα
λύεσθε
λύονται
Slide 7 - Drag question
TEST
Nu gaan we kijken of je alles goed hebt begrepen. Er volgt een QUIZ....