Week 2 Wat doe ik in het huis?

• Nederlands
• WO
• Studiejaar 3

Week 2: Wat doe ik in het huis?

Doel

• Woordenschat: huishouden en delen van het huis
• Spreken over wat anderen en jijzelf doen in het huishouden

Planning

1. Lezen
2. Woordenschat
   
3. Schrijven
4. Oefeningen

Laat een aantal leerlingen de tekst voorlezen en focus op uitspraak. Afhankelijk van waar ze moeite mee hebben, kun je nog een aantal klanken herhalen. 

ATL:

organisation

skills

Check of de leerlingen de omcirkelde woorden kennen, laat ze onbekende woorden opschrijven in hun woordenlijst

Laat de leerlingen de woorden opschrijven, vertalen (matchen met het plaatje) en evt. vervoegen (de ik-vorm is gegeven, wat is het hele werkwoord? / ze moeten het plaatje beschijven 'zij wast af', ' zij koken' etc.

ATL: 

note-taking

Loop alle antwoorden (het hele werkwoord) nog een keertje door 

Kijk naar het plaatje.

Waar zijn zij en wat doen zij in het huis?

Schrijf 7 complete zinnen.

Schrijven

Voor phase 2 kun je de opdracht wat complexer maken door ze wat uitgebreidere, andere specifieke informatie te geven

Week 2: Wat doe ik in het huis?

Doel

• Grammatica: samengestelde werkwoorden
• Spreken over wat anderen en jijzelf doen in het huishouden

Planning

1. Warming up
2. Lezen
3. Grammatica
   
4. Spreken

Laat ze zelf met een simpel zinnetje komen voor elk plaatje en de vraag beantwoorden. 

Je kunt vervolgens bespreken met een spinning wheel, evt. een online dobbelsteen om te bepalen welke zin ze moeten oplezen

Week 2: Wat doe ik in het huis?

Doel

• Spreken en lezen over wat anderen en jijzelf doen in het huis
  
• Woordenschat: ontspanningsactiviteiten 

Planning

1. Herhaling
2. Woordenschat
   
3. Lezen
4. Oefeningen

Laat de lln (evt in groepjes) de woorden in de goede volgorde zetten en er een goed lopende routine van maken. Laat ze een tekstje uitschrijven waarin ze de routine in complete zinnen omschrijven. 
Vervolgens kun je een aantal leerlingen hun tekst laten voordragen (spinning wheel) of verdeel de rollen (Thomas/Lisa) over de leerlingen en laat 2 leerlingen naar voren komen om een rollenspel uit te voeren (gesprekjes waarin ze over hun dag vertellen)

Lezen

En nu jij!

Hoe ziet voor jou een typische dag waarop je vrij en thuis bent eruit?

En als je helemaal zelf mag kiezen, wat is jouw ideale dag thuis? 

Afhankelijk van hoeveel tijd je hebt/hieraan wilt besteden kun je dit doen in de vorm van een simpele writing prompt, leerlingen een moodboard laten maken en presenteren, een interview in tweetallen etc.