B1-K1-W4 ondersteunt de cliënt bij participatie
het beoordelingsformulier, zodat je weet:
o waarop jij beoordeeld wordt: de beoordelingscriteria;
o uit welke indicatoren elk beoordelingscriterium is opgebouwd: alle indicatoren moeten worden aangetoond om een voldoende te behalen;
o op welke beoordelingsschaal: O-V-G (onvoldoende, voldoende, goed) elk criterium beoordeeld wordt;
Je vindt de beoordelingsschaal onder de beoordelingscriteria.
Samenhang betekent dat alles wat je doet verband houdt met elkaar. Het is dus niet genoeg om de indicatoren los van elkaar aan te tonen. Met een voldoende wordt de inhoud van het criterium aan jou toevertrouwd.
Met een goed heb je laten zien dat je de inhoud van het criterium uitstekend beheerst.
o wanneer je het examen behaald hebt.