6.5 Recht, scherp of stomp

6.5 Recht, scherp of stomp
blz. 224

Ga rustig zitten en pak je spullen!
Log in op lesson-up
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

6.5 Recht, scherp of stomp
blz. 224

Ga rustig zitten en pak je spullen!
Log in op lesson-up

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Introductie 
Terugblik: §6.4 Pythagoras in de ruimte
Uitleg: §6.5 Recht, scherp of stomp
Aan de slag
Afsluiting

Slide 2 - Slide

In welk vlak ligt AG? 

Slide 3 - Slide

In welk vlak ligt AG?
A
ABCD
B
EFGH
C
ACGE
D
BCGF

Slide 4 - Quiz

"Bereken de hoogte". Welke lijn is dat?

Slide 5 - Slide

Welke lijn is de hoogtelijn?

Slide 6 - Open question

leerdoelen

Slide 7 - Slide

leerdoel 1: rechte, scherpe, stompe driehoek 
rechthoekige driehoek:                                 :

Slide 8 - Slide

Is dit een scherpe, stompe of rechte hoek?
A
Scherpe
B
Rechte
C
Stompe
D
Geen

Slide 9 - Quiz

Is deze hoek scherp, recht of stomp?
A
Scherp
B
Recht
C
Stomp

Slide 10 - Quiz

Is deze hoek scherp, recht of stomp?
A
Scherp
B
Recht
C
Stomp

Slide 11 - Quiz

Is hoek C een scherpe, rechte of stompe hoek?
A
scherpe hoek
B
rechte hoek
C
stompe hoek

Slide 12 - Quiz

Is hoek B een scherpe, rechte of stompe hoek?
A
scherpe hoek
B
rechte hoek
C
stompe hoek

Slide 13 - Quiz

Is hoek E een scherpe, rechte of stompe hoek?
A
scherpe hoek
B
rechte hoek
C
stompe hoek

Slide 14 - Quiz

leerdoel 2: hoe onderzoek je of een driehoek recht-, scherp- of stomphoekig

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

AB = 3, BC = 4, AC = 5.
De driehoek is...
A
rechthoekig
B
scherphoekig
C
stomphoekig

Slide 17 - Quiz

AB = 3, BC = 6, AC = 8.
De driehoek is...
A
rechthoekig
B
scherphoekig
C
stomphoekig

Slide 18 - Quiz

AB = 7, BC = 9, AC = 17.
De driehoek is...
A
rechthoekig
B
scherphoekig
C
stomphoekig

Slide 19 - Quiz

GH = 6 HI = 7 GI = 8
A
rechthoekig
B
scherphoekig
C
stomphoekig

Slide 20 - Quiz

Hoek A is recht.
AB = 5 en AC = 11.
Bereken BC en rond af op één decimaal.

Slide 21 - Open question

huiswerk
Maken vragenblad §6.5

Slide 22 - Slide

Omgekeerde stelling van Pythagoras
Maak opdracht 31

Slide 23 - Slide

Omgekeerde stelling van Pythagoras


Als er geldt:                                  , dan is de driehoek rechthoekig

a2+b2=c2

Slide 24 - Slide

Is driehoek ABC met zijdes
AB= 23, BC=8 en AC=21 rechthoekig?
Ja
Nee

Slide 25 - Poll

Scherp of stomp?




Langste zijde is hier 50 cm

Slide 26 - Slide

Scherp of stomp?
  • Maak een schets van de driehoek
  • Zet een vraagteken in de rechte hoek
  • Zet de maten erbij (denk aan langste zijde)
  • Bereken hoe lang de langste zijde moet zijn als de driehoek rechthoekig is
  • Bedenk of de hoek stomp of scherp moet zijn
  • Scherp als echt < uitgerekend
  • Stomp als echt > uitgerekend
  • Geef je conclusie!

Slide 27 - Slide

Van △𝐴𝐵𝐶 is AB=9, BC=7 en AC=5
Is △𝐴𝐵𝐶 recht, scherp, of stomphoekig?

Slide 28 - Open question

Aan de slag!
Maak van 6.5 opdracht 32, 34, 36, 37
Opdracht 32 en 36 uitwerken in je schrift!

Opdracht 32 en 36 zijn belangrijke opgaven om goed te begrijpen



Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Leerdoel behaald deze les?


A
+
B
+/-
C
-

Slide 31 - Quiz

Hoe vonden jullie deze online les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll