Ik heb dit ding waar ik ouder word, maar gewoon nooit wijzer
Middernachten worden mijn middagen
Wanneer mijn depressie de kerkhofploeg werkt
Alle mensen die ik heb geghost, staan daar in de kamer
Ik mag niet aan mijn lot worden overgelaten
Ze komen met prijzen en ondeugden
Ik beland in een crisis (verhaal zo oud als de tijd)
Ik word gillend wakker van het dromen
Op een dag zal ik toekijken terwijl je vertrekt
Omdat je mijn plannen beu bent
(Voor de laatste keer)
Bij theetijd is iedereen het erover eens
Ik staar recht in de zon, maar nooit in de spiegel
Het moet vermoeiend zijn om altijd naar de antiheld te zoeken