Les 6: Woordenschat 1.1

1 / 19

Slide 1: Slide

NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoel

D.m.v. een stappenplan kun je de betekenis van een woord achterhalen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

woordenschat: tegenstelling

Slide 4 - Slide

De 'veterinair' onderzocht onze koeien. Na afloop vroeg ik de dierenarts, of de koeien allemaal gezond waren.

Slide 5 - Open question

De spits van ons elftal bracht ons naar de 'victorie'. Anders hadden we zeker een nederlaag geleden.

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Video

Woordraadstrategie

Eerst probeer je een woordraadstrategie:

1. synoniem
2. omschrijving

3. voorbeelden
4. tegenstelling

Slide 8 - Slide

Synoniem

Een woord dat ongeveer hetzelfde betekent, noem je een synoniem.

direct-meteen

opmerkelijk-opvallend.

Slide 9 - Slide

Welke synoniemen ken je voor het woord 'huilen' ?

Slide 10 - Open question

Een omschrijving zoeken

Van onbekende woorden staat vaak een omschrijving in de tekst.

Slide 11 - Slide

Honderden ramptoeristen bezochten het gebied. De politie had veel last van al die mensen die uit nieuwsgierigheid kwamen kijken.
Wat is de omschrijving van 'ramptoeristen'?

Slide 12 - Open question

Aan de slag

Woordenschat 1.1

Opdracht:

1 - 5

KLAAR?

Extra opdracht 1, 2

timer

20:00

Slide 13 - Slide

Twee periodes gehad
Tips/tops voor de lessen?
(Lessen, docent, manier van lesgeven)

Slide 14 - Mind map

Welkom bij Nederlands!

10 september 2018

Slide 15 - Slide

Welk doel hoort bij de volgende tekstvormen.

Informeren

Instrueren

Activeren

Overtuigen

Slide 16 - Drag question

Betekenis afleiden uit de tekst

Synoniem

Een ander woord met ongeveer dezelfde betekenis.

VB. Hoofdzakelijk --> vooral

Omschrijving

Een uitleg is de zinnen voor of na het woord.

VB. De meeste luchtvaartmaatschappijen vinden de omvang van handbagage prima. Er zijn echter enkele maatschappijen die de grote van een koffer of tas wel een probleem vinden.

Voorbeeld

Er wordt soms een voorbeeld gegeven.

VB. Stoel = ding met vier poten om op te zitten.

Tegenstelling

Een woord met de tegenovergestelde betekenis.

VB. Troebel --> helder

Afbeelding

Helpt bij het achterhalen van de betekenis.

Slide 17 - Slide