Lezen (1) onbekende woorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Welkom!

Ga naar je plek, pak je spullen en begin aan de startopdracht.

Startopdracht: lees in je leesboek

Lesboek Nieuw Nederlands

Leesboek

Schrift en pen

Jeugdjournaal

Bedenk 2 inhoudelijke vragen...

Wat gaan we doen?

1. Lesdoelen en mededelingen

2. Herhaling

3. Onbekende woorden

4. Aan het werk

5. Huiswerk en evaluatie 

Mededelingen

Zijn er dingen die ik moet weten? 

Lesdoel van de vorige les

Ik weet wat het onderwerp is en hoe ik deze kan vinden en ik kan oriënterend lezen uitleggen. 

Onderwerp

Waar de tekst over gaat

Als je oriënterend leest, kun je het onderwerp achterhalen

Vraag: waar gaat deze tekst over? 

Oriënterend lezen

1. Bekijk de tekst                                                                           2. Lees de eerste alinea

- Lees de titel

- Kijk naar de plaatjes

- Lees de tussenkopjes (titels boven de alinea's)

- Lees de woorden die anders gedrukt zijn

- Let op woorden die vaker gedrukt zijn

Huiswerk bespreken

De uitgedeelde opdrachten

Lesdoel deze les

1. Ik weet wat een woordraadstrategie is.

2. Ik weet welke woordraadstrategieën er zijn. 

Onbekende woorden 

Woordraadstrategie: de betekenis van een woord ontdekken door een strategie toe te passen. 

blz. 10

Woordraadstrategieën 

Een synoniem zoeken.

(Een synoniem is een ander woord met dezelfde betekenis)

• Kijk in dezelfde zin of de zin ervoor of erna. 

Jantje was op vakantie heel erg blij. Hij was zo vrolijk, omdat hij naar Frankrijk ging. 

Woordstrategieën

Een omschrijving zoeken.

(Een omschrijving is een verdere uitleg van wat erin de tekst wordt bedoeld)

• Omschrijvingen kun je vaak vinden tussen haakjes of tussen komma's.

Jantje heeft in Frankrijk veel akkerbouw, een vorm van landbouw, gezien.

Woordstrategieën 

Een voorbeeld zoeken. 

• Er komt vaak een voorbeeld na de woorden: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van. Of voorbeelden staan na een dubbele punt, tussen haakjes of tussen komma's. 

Tegenwoordig maakt iedereen gebruik van apps, zoals Snapchat en Instagram.

Woordraadstrategieën

Een tegenstelling zoeken.

(Een tegenstelling is een woord dat precies het tegenovergestelde betekent)

Zoek signaalwoorden, zoals: maar, echter, toch en daarentegen.

Jantje zijn vakantie was plezant, maar soms was het stom. 

Woordraadstrategieën

Een bekend woorddeel zoeken.

Kijk naar welke delen van het woord jij al kent.

Fietspomppreparatiesetje

Kijk of er een voor- of achtervoegsel voor/achter het woord staat.

Ongezond en naamloos

Zelfstandig werken

• Je werkt in stilte.
  
• Maak 1 t/m 3 vanaf blz. 11

Heb je vragen? Steek je hand op.

Klaar? Lezen in je leesboek of Numo.

Samenwerken 

• Je mag zachtjes overleggen.
• Maak 1 t/m 3 vanaf blz. 11
• Heb je vragen? Steek je hand op.
• Klaar? Lezen in je leesboek of Numo.

Huiswerk

Maken:

Maak 1 t/m 3 vanaf blz. 11

NUMO

Ga aan de slag in Numo (zelf kiezen wat je wil doen)

Lesdoelen

1. Ik weet wat een woordraadstrategie is.

2. Ik weet welke woordraadstrategieën er zijn. 

Evaluatie

Wat heb je geleerd deze les?

Wat ging er goed?

Wat kan beter?