Vitale functies

1 / 27
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al van vitale functies?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Vitale functies komt van 'vita'
Wat betekent 'vita'?
A
Belangrijk
B
Krachtig
C
Leven
D
Vitamine

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

1

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Wat zijn de drie vitale functies?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Welke vitale functies kun je meten?

  • Ademhaling en saturatie
  • Bloeddruk en pols
  • Bewustzijn en temperatuur

Slide 6 - Slide

Let op: bloeddruk meten doet een verpleegkundige!
Observatie ademhaling
  • Frequentie (30 sec, tellen, x 2 = ah/min.)
  • Diepte en gelijkmatigheid
  • Ritme of regelmaat
  • Geluid
  • Kleur van de zorgvrager

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat is de normale ademfrequentie van een volwassene?
A
15 - 20 x/min.
B
20 - 25 x/min.
C
40 - 60 x/min.
D
60 - 80 x/min.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat observeer je niet bij het meten van de ademhaling?
A
Geur
B
Geluid

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

2

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Wat is een goede waarde voor de zuurstofsaturatie?
A
36 - 40%
B
56 - 60%
C
76 - 80%
D
96 - 100%

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Wat meet je met de saturatiemeter?
A
Ademfrequentie
B
Hoeveel lucht iemand inademt
C
% zuurstof dat aan rode bloedcellen is gebonden
D
% zuurstof dat zich in de longen bevindt

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Saturatiewaarden
  • Normaal 96 - 100%
  • Bij COPD, hartfalen: 92 - 100%
  • Onder 85% -> extra zuurstof toedienen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Wat is de normale hartfrequentie van een volwassene?
A
20 - 60 x/min.
B
40 - 80 x/min.
C
60 - 100 x/min.
D
80 - 120 x/min.

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de hartfrequentie van deze dame?
A
15 x/min.
B
20 x/min.
C
60 x/min.
D
80 x/min.

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Pols tellen: wat observeer je?
  • Frequentie (60 - 100 x per minuut)
  • Gelijkmatigheid
  • Ritme, regelmaat
  • Spanning en volume (vulling)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Lichaamstemperatuur
  • Normaal: 36.0 – 37.4 ºC
  • Verhoging: 37.5 – 37.9 ºC
  • Koorts: > 38.0 – 40.0 ºC
  • Hyperthermie: > 40 ºC
  • Onderkoeling (hypothermie): < 35.0 ºC

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Waar kan je de temperatuur van iemand opmeten?
A
in de billen (rectaal)
B
onder de oksel of in het oor
C
via het voorhoofd
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Temperatuur meten
  • Rectaal (rectum)
  • Axillair (oksel)
  • Oraal (mond)
  • Tympanisch (oor)
  • Voorhoofd met infrarood

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Hoe heet het als je de temperatuur meet in het oor?
A
Axillair
B
Oraal
C
Rectaal
D
Timpanisch

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat kun je zeggen over
de temperatuur op deze thermometer?
A
Hypothermie
B
Koorts
C
Normaal
D
Verhoging

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Bewustzijn

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Wat is de score van een zorgvrager die bij aanspreken de ogen opent?
A
E 2
B
E 3
C
M 2
D
M 3

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de score van een zorgvrager die beide duimen in de lucht steekt als dat wordt gevraagd?
A
M 1
B
M 6
C
V 1
D
V 6

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de score van een zorgvrager die niet weet waar hij is en welke dag het is?
A
V 1
B
V 2
C
V 4
D
V 5

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Welk cijfer geef je deze les?
110

Slide 27 - Poll

This item has no instructions