Voorzetsels (B2)

Voorzetsels / preposities
  • Ik ken verschillende soorten voorzetsels
  • Ik kan voorzetsels op de goede manier in zinnen gebruiken
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voorzetsels / preposities
  • Ik ken verschillende soorten voorzetsels
  • Ik kan voorzetsels op de goede manier in zinnen gebruiken

Slide 1 - Slide

Voorbereiden
Opdracht: Schrijf in duo's zoveel mogelijk voorzetsels van plaats, tijd en van beweging en richting op.

Let op: Je mag niets opzoeken.



timer
5:00

Slide 2 - Slide

Voorbereiden
Bijvoorbeeld:

Plaats: in, voor, achter, op, onder, boven naast, bij, aan, tegen, tussen, tegenover, om, rond, rondom, buiten, binnen, binnen in, voorbij

Tijd: om, op, in, voor, na, over, binnen, van, vanaf, sinds, tot, van ... tot, rond, tegen, over, door… (door de week, door het jaar), gedurende, tijdens

Beweging en richting: naar, naar ... toe, tot (aan), in, op, uit, van, vanaf, langs, door, over, via, over ... heen, onder ... door, om, om ..... heen, tegen, tegen .... aan, achter .... om, achter ... langs

Slide 3 - Slide

Voorbereiden
Opdracht: Kies van elke soort één voorzetsel. Maak bij elk voorzetsel een goede zin.

Klaar? Kies meer voorzetsels en schrijf zinnen tot de tijd om is.
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Schrijf jouw zin

Slide 5 - Open question

Schrijf jouw zin met een voorzetsel van tijd

Slide 6 - Open question

Schrijf jouw zin met een voorzetsel van beweging en richting

Slide 7 - Open question

Voorbereiden
  • Voorzetsels van relaties:
wegens privéomstandigheden ...
dankzij haar hulp ...
ondanks de harde wind ... 

  • Werkwoorden met vaste voorzetsels:
afstuderen aan - Ik studeer af aan ….
houden van
communiceren met
bezuinigen op
bestaan uit


Slide 8 - Slide

Voorbereiden
Voorzetseluitdrukkingen
= prepositie + substantief + prepositie

- in overleg met
In overleg met mijn baas ga ik 4 weken op vakantie.

- op verzoek van
Op verzoek van de docent sturen we u aanvullende informatie.

- ter hoogte van
De weg is ter hoogte van Breda geblokkeerd.




Slide 9 - Slide

Voorbereiden
Werkwoordelijke uitdrukkingen met vaste voorzetsels 
= substantief of adjectief + verbum + prepositie 

- aandacht geven aan
Wil je vooral aandacht geven aan de juiste zinsvolgorde?

- bevoegd zijn tot
Ik ben bevoegd tot lesgeven in de Nederlandse taal.

- gewend zijn aan
Ben je al gewend aan de online-lessen?

Slide 10 - Slide

Voorbereiden
Opdracht: Het voorzetsel van wordt op veel verschillende manieren gebruikt. Schrijf samen bij elke zin op welke soort voorzetsel jullie herkennen. Klaar? Werk even in je boek.

  1. Hij viel van het dak.
  2. Het boek is niet van mij. 
  3. Het kantoor is open van negen tot vijf uur. 
  4. Ik houd niet van chocola. 
  5. Deze stoel is van eikenhout gemaakt. 
  6. Ik ben misselijk van al die chocolade geworden. 
  7. Je mag niet rijden onder invloed van alcohol. 
timer
10:00
a) relatie (bezit)
b) ww uitdrukking met vast vz
c) beweging
d) ww met vast vz
e) voorzetseluitdrukking
f) relatie (eigenschap)
g) tijd

Slide 11 - Slide

Antwoorden
  1. Hij viel van het dak. (c)
  2. Het boek is niet van mij. (a)
  3. Het kantoor is open van negen tot vijf uur. (g)
  4. Ik houd niet van chocola. (d)
  5. Deze stoel is van eikenhout gemaakt. (f)
  6. Ik ben misselijk van al die chocolade geworden. (b)
  7. Je mag niet rijden onder invloed van alcohol. (e)

Slide 12 - Slide

Oefenen
Opdracht: Zoek bij elke soort zelf een voorbeeld en schrijf er een zin mee.


  • Voorzetseluitdrukking (voorbeeld: in overleg met)
    = prepositie + substantief + prepositie

  • Werkwoordelijke uitdrukking met vast voorzetsel (voorbeeld: aandacht geven aan)
    = substantief of adjectief + verbum + prepositie 

Klaar? Kijk dan in je boek naar de lijst met werkwoorden met vaste voorzetsels. Kies er drie en schrijf er zinnen mee.
timer
5:00

Slide 13 - Slide

Afsluiten: Typ jouw twee zinnen

Slide 14 - Open question