5.2 Energie vrij maken (deel 2) kl/ll

H5 & 6 Voeding, vertering en energie





Deze les:
  • 5.1 plantaardige voeding dl2 + 5.2 Energie vrij maken dl 2 
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

H5 & 6 Voeding, vertering en energie





Deze les:
  • 5.1 plantaardige voeding dl2 + 5.2 Energie vrij maken dl 2 

Slide 1 - Slide

§5.2 Leerdoelen
  1. Je legt uit hoe in het lichaam verschillende vormen van energie in elkaar kunnen overgaan
  2. Je vergelijkt in een reactievergelijking de anaerobe en aerobe dissimilatie van glucose
  3. Je herkent in welke situaties anaerobe en aerobe dissimilatie plaats vinden
  4. Je vergelijkt de dissimilatie van glucose, eiwitten en vetten
Check Classroom voor een tabel met leerdoelen, begrippen en binastabellen!

Slide 2 - Slide

Hoe noem je het proces waarbij energie vrijkomt?

Slide 3 - Open question

Stofwisseling
Welke assimilatie- en dissimilatieprocessen vinden plaats in jouw lichaam?

En welke in planten? 
Wat is koolstofassimilatie?

Slide 4 - Slide

Assimilatie van eiwitten
Assimilatieproces: opbouwen van complexe stoffen uit eenvoudige moleculen

Slide 5 - Slide

Aminozuren
- Essentiele aminozuren
9: deze krijg je via voeding
binnen)
- Niet-essentiële aminozuren
11: Deze kan je lever maken door 
andere aminozuren om te bouwen. 

Slide 6 - Slide

Voortgezette assimilatie
Een plant maakt uit glucose andere organische stoffen.

Welke?
zie de volgende dia's.

Slide 7 - Slide

Aardappels
Aardappelknollen van de wortel en zaden (mais, granen) bevatten veel zetmeel.

Waarom?

Slide 8 - Slide

Zetmeel
soort voedingsstof?
functie voor de plant?
en voor de mens?

Slide 9 - Slide

Stevigheid plantencellen (appel)
Celwanden bevatten cellulose
=voedingsvezel

Wat voor soort stof?

Slide 10 - Slide

Appelschilcellen
Sommige plantencellen bevatten nog een extra verstevigingsvezels: lignine

Slide 11 - Slide

Appelmoes maken
Lijmstof= pectine tussen de appelcellen verdwijnt.

Lignine is een koolhydraat.

Slide 12 - Slide

Voedingsvezels
Voedingsvezels=
Onverteerbare plantaardige moleculen
Voedingsvezels komen vooral uit de celwand van planten. Belangrijke bronnen van vezels zijn groente, fruit, aardappelen, volkorenbrood, ontbijtgranen, peulvruchten en noten.
  
- Cellulose (celwanden bestaan uit cellulose)=polysacharide 
- Lignine (houtstof in sommige celwanden)
- Pectine (tussencelstof, 'lijmt' cellen aan elkaar)


Slide 13 - Slide

Opdracht (10 min.)
Bestudeer 5.1 blz 151/152 plantaardige voeding
Welke organische stoffen maakt een plant van glucose?
Waarvoor zijn deze stoffen?
Maak een overzicht

Maak 5.1
Verrijkingsgroep: * opdrachten = route C online

Slide 14 - Slide

Hw dissimilatie 5.2
Welke vragen?

Slide 15 - Slide

BINAS 90A

Slide 16 - Slide

Wat levert meer ATP?
A
Anaerobe dissimilatie
B
Aerobe dissimilatie
C
Beide evenveel

Slide 17 - Quiz

Het opladen van de fosfaataccu
2 soorten dissimilatie:
  1.  Aerobe dissimilatie
    - Met zuurstof
    - Veel energie per molecuul brandstof
  2. Anaerobe dissimilatie
    - Zonder zuurstof
    - Weinig energie per molecuul brandstof

Slide 18 - Slide

Welke vorm van dissimilatie zie je in de volgende dia?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Dissimilatie
Anaerobe (zonder zuurstof) --> melkzuurgisting


Aerobe (met zuurstof)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Energie uit eiwitten
Alleen aeroob (met voldoende zuurstof)

In levercellen
Losse
aminozuren
Ureum (afvalstof)
Pyrodruivenzuur
Mitochondriën

Slide 23 - Slide

Welk onderdeel van de cel levert de grootste bijdrage aan het vrijkomen van energie?
A
Celkern
B
Celwand
C
Mitochondrium
D
Endoplasmatisch reticulum

Slide 24 - Quiz

Noem twee manieren waarop het lichaam vet gebruikt

Slide 25 - Open question

Waar vindt de anaerobe dissimilatie plaats?
A
Grondplasma
B
Mitochondrium
C
Grondplasma en mitochondrium
D
Buiten de cel, in het grondplasma en mitochondrium

Slide 26 - Quiz

Energie kan uit eiwitten worden gehaald door middel van...
A
Anaerobe dissimilatie
B
Aerobe dissimilatie
C
Anaerobe en aerobe dissimilatie

Slide 27 - Quiz

Opdracht (10 min.)
Maak 5.1 af
Maak van 5.2 vragen die je eerste niet begreep.

Slide 28 - Slide