4.6 Ongelijkheid in Nederland havo

H4 ongelijkheid
Welkom!
Ga zitten en lees 4.6 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H4 ongelijkheid
Welkom!
Ga zitten en lees 4.6 

Slide 1 - Slide

Wat doen we vandaag
  • herhalen
  • doelstellingen 
  • uitleg doelstellingen
  • opdrachten maken. 

Slide 2 - Slide

Wanneer gebieden steeds meer met elkaar verbonden raken, spreek je van..............
A
Globalisering
B
Lokalisering
C
Regionalisering
D
Nationalisering

Slide 3 - Quiz

Wat zijn grondstoffen?
A
aardolie, aardgas, hout en water
B
hout, water, aardolie en aluminium
C
benzine, aardgas, water en hout
D
zonne-energie, water, wind en aardgas

Slide 4 - Quiz

Sleep de afbeeldingen naar de juiste categorie.
Grondstoffen
Half
fabricaten
Eindproducten

Slide 5 - Drag question

Wat doen we deze week
Vandaag: Paragraaf 4.6


Donderdag: Herhalen van H4 & oefenen

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
  • Als je klaar bent met deze paragraaf dan weet je dat Nederland welvarend is, maar dat er toch verschillen bestaan.

  • Als je klaar bent met deze paragraaf dan kun je de ruimtelijke ongelijkheid in Nederland op verschillende schaalniveaus beschrijven.

  • Als je klaar bent met deze paragraaf dan begrijp je dat opleidingsniveau en werkloosheid sociale ongelijkheid kunnen veroorzaken.


Slide 7 - Slide

Is er armoede in Nederland?
Ga met elkaar in gesprek. 

Slide 8 - Slide

Kleine verschillen
Helaas gat tussen arm en rijk toegenomen:

Overheid geeft subsidies
 vb:
- zorgtoeslag
- huursubsidie

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Ruimtelijke ongelijkheid in Nederland
Bekijk bron 36,37 en 39 in je lesboek.

- Wat valt je op?
- Waar wonen de hoogste inkomensgroepen?
- Waar wonen de laagste inkomens groepen?
- Kun je dat uitleggen? 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Ruimtelijke ongelijkheid in Nederland
hoge inkomens:
In de randstad -> 4 grootste steden -> werkgelegenheid en economische activiteiten -> wonen in de dorpen erom heen.

lage inkomens:
Wonen in de stad of aan de rand van Nederland -> minder werkgelegenheid. (uitzondering Groningen)



Slide 13 - Slide

relatieve armoede
Mensen zijn relatief arm als ze minder te besteden hebben dan de gemiddelde burger. 

Slide 14 - Slide

verschillen in welvaart
Nederland is een rijk land, maar niet iedereen kan rondkomen -> relatieve armoede.
Welke factoren zijn er om te zien of iemand in relatieve armoede leeft?
1.
2.
3.
4.


Slide 15 - Slide

verschillen in welvaart
Welke factoren zijn er om te zien of iemand in relatieve armoede leeft?
1. Inkomen, opleiding en beroep. werkloosheid en  opleidingsniveau.
2. Gezondheid: welvaartsziekten
3. sociale netwerken
4. taal en communicatie


Slide 16 - Slide

maken opdrachten
Aan de slag H4.6: verkorte leerroute
Eerste 10 minuten in Stilte


timer
10:00

Slide 17 - Slide

https://schooltv.nl/video-item/nieuwsuur-in-de-klas-voedselbank

Slide 18 - Slide