H7.4: dochtertje van Jaïrus

1 / 24
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog over het verhaal van Legioen? Noem tenminste 2 dingen.

Slide 4 - Open question

Wat is het koninkrijk van God?
A
de hemel
B
daar waar mensen in Jezus geloven
C
het rijk van God na de wederkomst
D
anders, nl....

Slide 5 - Quiz

Wat is waar over het Koninkrijk van God?
A
Iedere Nederlander hoort er bij
B
Je kunt het vinden in Israël
C
Iedere Christen hoort er bij

Slide 6 - Quiz

Waarom genas Jezus mensen?
A
Om te laten zien hoe sterk Hij is.
B
Om zijn macht te tonen.
C
Omdat de mensen dit wilden.

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Lees het verhaal uit Marcus 5
Jezus en zijn leerlingen gingen weer met de boot naar de overkant van het meer. Daar kwam een grote groep mensen naar Jezus toe. Er kwam ook een man die Jaïrus heette. Hij was een leider van de synagoge. Jaïrus zag Jezus en knielde voor hem. Hij zei tegen Jezus: ‘Luister alstublieft naar mij. Mijn dochter gaat dood! Kom alstublieft mee en leg uw handen op haar hoofd. Dan zal ze beter worden en blijven leven.’ Toen ging Jezus met Jaïrus mee. Een grote groep mensen volgde Jezus (...) Terwijl Jezus nog sprak [tegen iemand] kwam er iemand met een bericht voor Jaïrus. Hij zei: ‘Uw dochter is gestorven. U kunt Jezus nu maar beter met rust laten.’ Jezus hoorde dat en zei tegen Jaïrus: ‘Wees niet bang! Blijf geloven.’ Jezus liet niemand meegaan, behalve Petrus, en de broers Jakobus en Johannes. Ze kwamen bij het huis van Jaïrus. Daar hoorden ze veel lawaai. Binnen stond een groep mensen te huilen en te schreeuwen. Jezus zei: ‘Waarom staan jullie zo hard te huilen? Het meisje is niet gestorven, maar ze slaapt.’ De mensen lachten hem uit. Maar Jezus stuurde iedereen naar buiten. Hij nam alleen de ouders van het meisje mee, en de drie leerlingen. Ze gingen naar de kamer waar het meisje lag. Jezus pakte haar hand vast en zei: ‘Talita koem.’ Dat betekent: ‘Meisje, sta op!’ Meteen stond het meisje op en ze begon te lopen. Ze was twaalf jaar. Iedereen die het gezien had, was stomverbaasd. Jezus zei tegen hen: ‘Niemand mag dit te weten komen!’ En hij zei ook: ‘Geef haar wat te eten.’

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Hoe oud was het dochtertje van Jaïrus
A
5
B
6
C
7
D
12

Slide 12 - Quiz

Hoe heette de vader van het meisje dat door Jezus uit de dood werd opgewekt?
A
Jonathan
B
Jefta
C
Johannes
D
Jaïrus

Slide 13 - Quiz

Hoe reageerden de mensen toen Jezus zei dat het dochtertje van Jaïrus sliep?
A
Ze waren verbaasd
B
Ze lachten Jezus uit
C
Ze werden boos
D
Ze huilden alleen maar harder

Slide 14 - Quiz

Wat wil Jezus laten zien met zijn wonderen?
A
In het Koninkrijk van God hoort geen ziekte of pijn te zijn.
B
Van God mogen we grote dingen verwachten.
C
Je mag met je ziekte in vol vertrouwen naar Jezus gaan.
D
De dood is niet het einde.

Slide 15 - Quiz

Los deze puzzel op:

Slide 16 - Slide

Wat is de oplossing van de puzzel?

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Vat het waargebeurde verhaal kort samen.

Slide 20 - Open question

Wat vind jij van dit verhaal? Leg uit in ong. 3 zinnen.

Slide 21 - Open question

Als dit inderdaad waargebeurd is, wat betekent dit voor jou?

Slide 22 - Open question

Wat heb je in deze les geleerd?
Gebruik min. 2 zinnen .

Slide 23 - Open question

Volgende les:
Jezus en Samaritaanse vrouw
+ uitleg portfolio opdracht

Slide 24 - Slide