Herhalingsles

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Herhalings les hoofdstuk 2 en 3

Vandaag even alles herhalen wat we hebben gedaan. 

Beginnen met multiple choice vragen 

Daarna open vragen 

Doe serieus mee, er zijn weinig lessen om verder te herhalen dus voor de toets is dit heel handig.

Moleculen zijn opgebouwd uit

1. stoffen
2. atomen
3. elementen
4. gassen

Koolstof (s) + zuurstof (g)--> koolstofdioxide (g)
dit is een....

1. reactievergelijking
2. reactieschema

Een stof die is opgebouwd uit een metaal en een niet metaal is een....

1. metaal
2. moleculaire stof
3. zout

Stof A --> Stof B + Stof C

Dit is een....

1. vormingsreactie
2. ontledingsreactie

Welke getallen horen op de puntjes

1. 1 , 2 , 3
2. 1, 2, 2
3. 1, 1 , 2
4. 0.5 0.5 1

Welke getallen horen op de puntjes

1. 1 2 3
2. 2 3 1
3. 4 2 3
4. 4 3 2

Geleid een vast zout stroom?

1. ja
2. nee

Metalen geleiden altijd stroom

1. waar
2. niet waar

Het periodiek systeem bestaat uit 2 soorten atomen; metalen en niet metalen

1. waar
2. niet waar

O2, Br2, Al, Fe, Au zijn allemaal....

1. atomen
2. elementen
3. moleculen

Een element kun je ontleden met fotolyse

1. niet waar
2. wel waar

fotolyse is endotherm

1. waar
2. niet waar

Thermolyse wordt gebruikt bij het toestel van hoffman om water te ontleden

1. waar
2. niet waar

Systematische naamgeving

Bijvoorbeeld SCl₂ 

Stap 1: Kijk welke atomen er voor komen

Zwavel en chloor 

Stap 2: Kijk naar hoe vaak de atomen voorkomen en gebruik hiervoor het griekse telwoord

Systematische naamgeving

Bijvoorbeeld SCl₂ 

Stap 1: Kijk welke atomen er voor komen

Zwavel en chloor 

Stap 2: Kijk naar hoe vaak de atomen voorkomen en gebruik hiervoor het griekse telwoord

Chloor komt twee keer voor dus di

Systematische naamgeving

Bijvoorbeeld SCl₂ 

Stap 2: Kijk naar hoe vaak de atomen voorkomen en gebruik hiervoor het griekse telwoord

Chloor komt twee keer voor dus di

Stap 3: plak aan elkaar en laat eindigen op -ide

Systematische naamgeving

Bijvoorbeeld SCl₂ 

Stap 2: Kijk naar hoe vaak de atomen voorkomen en gebruik hiervoor het griekse telwoord

Chloor komt twee keer voor dus di (dichloor)

Stap 3: plak aan elkaar en laat eindigen op -ide

Zwaveldichloride 

2 uitzondering

O = zuurstof is niet zuurstofide maar oxide

(denk aan koolstofdioxide)

S = zwavel is niet zwavelide maar sulfide 

Geef de systematische naam

1. CO

2. H₂O

3. HCl

4. NF₃

5. PCl₃

^{6. P}₂^O₅

Geef het reactieschema en de kloppende vergelijking 

Ik ga soda NaHCO₃ ontleden in natrium, waterstof, en koolstof en zuurstof. Geef de kloppende reactievergelijking