What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
7.1.3 dubbele punt, aanhalingsteken en telwoord
7.1.3
Nieuwe leestekens: dubbele punt en aanhalingstekens
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Taal / spelling
Basisschool
Groep 5,6
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
7.1.3
Nieuwe leestekens: dubbele punt en aanhalingstekens
Slide 1 - Slide
Dubbele punt :
De dubbele punt geeft aan dat er informatie komt.
Na een dubbele punt komt een citaat.
Citaat = iets wat iemand letterlijk zegt.
Slide 2 - Slide
Aanhalingsteken '
Aanhalingsteken geven een citaat aan.
Het stukje tekst wat door iemand gezegd wordt staat tussen aanhalingstekens.
Het begint met een hoofdletter.
Slide 3 - Slide
Voorbeelden
De gids vraagt: 'Gaan jullie mee?'
Een toerist vraagt: 'Waar gaan we naar toe?'
'Hoera, wat een goed idee!' roept de klas.
Slide 4 - Slide
Achter welk woord moet de :
De meester vertelt Morgen doen we spelletjes.
A
meester
B
vertelt
C
morgen
D
spelletjes
Slide 5 - Quiz
Achter welk woord moet de :
Michiel vraagt Mag ik mijn Nintendo mee?
A
Michiel
B
vraagt
C
mag
D
Nintendo
Slide 6 - Quiz
Achter welk woord moet de :
De meester antwoordt De volgende keer mag dat weer.
A
meester
B
de
C
volgende
D
antwoordt
Slide 7 - Quiz
Achter welk woord moet de :
Hij zegt Nu doen we alleen bordspellen.
A
Hij
B
zegt
C
bordspellen
D
nu
Slide 8 - Quiz
Vul de zin met de goede leestekens in.
De dokter vraagt Waar heb je last van?
Slide 9 - Open question
Vul de zin met de goede leestekens in.
Jeroen zegt Ik heb overal pijn.
Slide 10 - Open question
Vul de zin met de goede leestekens in.
Wat dan? vraagt haar moeder.
Slide 11 - Open question
Telwoord
Een telwoord geeft een hoeveelheid aan.
Bijvoorbeeld:
Ik heb
vier
zussen.
Ik heb
drie
chocolaatjes gegeten.
Ik heb
vijf
kinderen.
Slide 12 - Slide
Wat is het telwoord?
Ik heb één blauwe knikker.
A
heb
B
één
C
blauwe
D
knikker
Slide 13 - Quiz
Wat is het telwoord?
De vier zwarte diamanten glimmen mooi.
A
de
B
diamanten
C
vier
D
glimmen
Slide 14 - Quiz
Wat is het telwoord?
Ik eet twee ijsjes.
A
ik
B
ijsjes
C
eet
D
twee
Slide 15 - Quiz
Wat is het telwoord?
Over tien minuten mag ik weer weg.
A
over
B
tien
C
minuten
D
weg
Slide 16 - Quiz
Wat is het telwoord?
Ik heb vijf kippen.
A
ik
B
heb
C
vijf
D
kippen
Slide 17 - Quiz
More lessons like this
7.2.3 dubbele punt, aanhalingsteken en telwoord
April 2024
- Lesson with
18 slides
Taal / spelling
Basisschool
Groep 5,6
dubbele punt, aanhalingstekens, uitroepteken en telwoord
March 2023
- Lesson with
23 slides
Taal / spelling
Basisschool
Groep 5,6
dubbele punt, aanhalingstekens, uitroepteken en telwoord
March 2023
- Lesson with
17 slides
Taal / spelling
Basisschool
Groep 5,6
IEP directe en indirecte rede
May 2024
- Lesson with
29 slides
Taal
Basisschool
Groep 7,8
IEP directe en indirecte rede
October 2024
- Lesson with
45 slides
Taal
Basisschool
Groep 7,8
7.3.3. dubbele punt, aanhalingsteken, uitroepteken telwoord, tt, vt en volt.
May 2024
- Lesson with
22 slides
Taal / spelling
Basisschool
Groep 5,6
IEP directe en indirecte rede
May 2024
- Lesson with
35 slides
Taal
Basisschool
Groep 7,8
2W 18 jan leenwoorden
January 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2