Zelfstnwen: mv en samenstellingen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

Wat gaan we doen deze les?

1. Spellingregels: meervoud (uitleg + oefenen)
2. Spellingregels: tussenletters (uitleg + oefenen)
   ...zelfstandig aan het werk in boek

Aan het einde van de les:

• kun je woorden in het meervoud zetten;
• samenstellingen maken.

Spellingregels: meervoud

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  ...............

idee  =  ...............

vmbo  =  ...............

huis  =  ...............

dak  =  ...............

cultuur  =  ...............

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ...............

vmbo  =  ...............

huis  =  ...............

dak  =  ...............

cultuur  =  ...............

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ideeën

vmbo  =  ...............

huis  =  ...............

dak  =  ...............

cultuur  =  ...............

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ideeën

vmbo  =  vmbo's

huis  =  ...............

dak  =  ...............

cultuur  =  ...............

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ideeën

vmbo  =  vmbo's

huis  =  huizen

dak  =  ...............

cultuur  =  ...............

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ideeën

vmbo  =  vmbo's

huis  =  huizen

dak  =  daken

cultuur  =  ...............

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ideeën

vmbo  =  vmbo's

huis  =  huizen

dak  =  daken

cultuur  =  culturen

imago  =  ...............

Noteer het meervoud van de volgende woorden:

café  =  cafés

idee  =  ideeën

vmbo  =  vmbo's

huis  =  huizen

dak  =  daken

cultuur  =  culturen

imago  =  imago's

Wat is het meervoud van auto?

1. autoos
2. auto's
3. autos
4. auto'en

Wat is het meervoud van brief?

1. briefs
2. briefen
3. brieve
4. brieven

Wat is het meervoud van cadeau?

1. cadeaus
2. cadeau's
3. cadeautjes
4. cadeau'en

Wat is het meervoud van calorie?

1. calories
2. calorien
3. calorieën
4. caloriën

Wat is het meervoud van wc?

1. wcen
2. wc's
3. wc'en
4. wcs

Spellingregels: samenstellingen

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  ...............

jongere + taal  =  ...............

horloge + maker  =  ...............

stad + centrum  = ...............

plat + land  =  ...............

groente + soep = ...............

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  ...............

horloge + maker  =  ...............

stad + centrum  = ...............

plat + land  =  ...............

groente + soep = ...............

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  jongerentaal

horloge + maker  =  ...............

stad + centrum  = ...............

plat + land  =  ...............

groente + soep = ...............

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  jongerentaal

horloge + maker  =  horlogemaker

stad + centrum  = ...............

plat + land  =  ...............

groente + soep = ...............

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  jongerentaal

horloge + maker  =  horlogemaker

stad + centrum  = stadscentrum

plat + land  =  ...............

groente + soep = ...............

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  jongerentaal

horloge + maker  =  horlogemaker

stad + centrum  = stadscentrum

plat + land  =  platteland

groente + soep = ...............

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  jongerentaal

horloge + maker  =  horlogemaker

stad + centrum  = stadscentrum

plat + land  =  platteland

groente + soep = groentesoep

zon + stelsel  =  ...............

Schrijf de samenstellingen op van:

groep + gedrag  =  groepsgedrag

jongere + taal  =  jongerentaal

horloge + maker  =  horlogemaker

stad + centrum  = stadscentrum

plat + land  =  platteland

groente + soep = groentesoep

zon + stelsel  =  zonnestelsel

Maak de samenstelling.
hond + hok

Maak de samenstelling.
personeel + feest

Maak de samenstelling.
maan + schijn

Maak de samenstelling.
geluid + sterkte

Maak de samenstelling.
geboorte + kaartje

Zelfstandig aan het werk

Spelling Hoofdstuk 2 (Spellingregels)

2.1 en 2.2

Blz. 156 t/m 161

Aan het einde van de les kun je:

• woorden in het meervoud zetten;
• samenstellingen maken.

Extra oefenen

Ga naar www.cambiumned.nl

Voor opdrachten over meervoud:

Spelling > Spellingregels > Meervoudsuitgangen > Oefeningen

Voor opdrachten over samenstellingen:

Spelling > Spellingregels > De tussenklank in ... > Oefeningen