H1. Verleden Tijd

H1. Verleden Tijd

Lesprogramma

-Terugblik/herhaling 

-Leerdoelen bespreken

-Instructie verleden tijd.

- Begeleide inoefening.

-Zelfstandig werken.

-Evalueren.

Terugblik

Wat hebben wij vorige keer besproken?

Tegenwoordige tijd

Leerdoelen

- Je leert het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden

- Je kunt het TaXiKoFSCHiP gebruiken om te bepalen of een zwak werkwoord eindigt op een d of t.

Verleden tijd

Zwak werkwoord: Blijft de klank in de verleden tijd in de ik-vorm hetzelfde.

Sterk werkwoord: verandert van klank in de de ik-vorm in de verleden tijd.

TaXiKoFSCHiP

Oefenen!!

We gaan samen even oefenen.

Een zwak werkwoord kan..

1. veranderen in de verleden tijd
2. niet veranderen in de verleden tijd

Wat is een zwak werkwoord?

1. Slapen
2. Eten
3. Durven
4. Schieten

wat is een zwak werkwoord

1. fietsen
2. vinden
3. gaan
4. kopen

Bij een sterk werkwoord...

1. blijft de klank hetzelfde
2. verandert de klank

Wat is een sterk werkwoord?

1. slapen
2. werken
3. branden
4. fietsen

Wat zijn sterke werkwoorden?

1. slapen - vinden - geven
2. gokken - pakken - rennen

Wat is een sterk werkwoord?

1. Pakken
2. Gooien
3. Zwemmen
4. Lusten

´t kofschip

Hij heeft in zijn leven veel ...

1. gereist
2. gereisd
3. gerijst
4. gerijsd

De regel van het kofschip is voor

1. spelling van werkwoorden in VT
2. spelling van werkwoorden in TT
3. spelling van zelfstandige naamwoorden
4. spelling van alle woorden

Mijn vader en ik hebben gisteren ........(vissen)

Hij (landen) gisteren met de parachute.

Zelfstandig werken

Iedereen gaat nu verder waar hij of zij is gebleven.

Afsluiten

- Wat hebben we ook alweer gedaan in de les.

- Leerdoelen behaald?

-Wat is het werkniveau?

- Hoeveel sterren hebben wij deze les behaald?