Taalspelletjes en werkvormen

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Estafette!

  1. We maken twee rijen.
  2. De voorste persoon schrijft een woord
    op binnen het thema 'de buurt'.
  3. Geef de stift door aan de volgende!
  4. Welke rij heeft de meeste woorden goed?
1 / 49
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Estafette!

  1. We maken twee rijen.
  2. De voorste persoon schrijft een woord
    op binnen het thema 'de buurt'.
  3. Geef de stift door aan de volgende!
  4. Welke rij heeft de meeste woorden goed?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Ik ging op reis en dit ging mis:

  • Mijn trein had vertraging
  • ...................................?
  • ...................................?
Herhalen H5
de vlucht
de garage
de ketting
repareren
de pech
starten
de wegenwacht
de ellende
de bagage
de brand
de chauffeur
landen
de parkeerplaats
de bestemming

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Woorden herhalen H6
timer
1:00

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 6 - taak 1 - Luisteren
Welke woorden hoor je en welke niet?
  1. achteraf
  2. het artikel
  3. blut
  4. de camera
  5. de koopjesjager
  6. de scooter
  7. de troep
  8. voordelig
  9. het vriendenprijsje

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Woorden - taak 3
Uitdaging: verbindingen en idioom uit taak 3
  • Afhankelijk zijn van
  • Geen kwaad kunnen
  • Verslaafd raken aan

Vul het werkblad in. 
Weet je een woord niet? Zoek iemand die hem wél weet en steel.

NO GOOGLE ;)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Huiswerk voor vandaag:

Hoofdstuk 1 - Taak 1 - online:
Maak de online taak 'Woorden'.

Mail je persoonlijke gegevens.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Woordenschat
  1.  Kies 5 woorden uit de woordenlijst van   H1/H2.
  2.  Maak met elk woord een zin.
  3. Wissel je zinnen uit en vul de ontbrekende woorden in.

    Voorbeeld: Bart komt zijn bed niet meer uit. Hij heeft last van een .....................................
timer
10:00

Slide 7 - Slide

.
Blauw briefje

Een of meerdere personen


Tijd en plaats:
Wit briefje

Een plaatsbepaling
Rood briefje

Een tijdsbepaling

 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Tijd en plaats 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Tongbrekers!
Tongbreker 1
Achtentachtig prachtige grachten
Tongbreker 2
Gooi geen groene groenten in de prachtige grachten.
Tongbreker 3
Huilend holde de herder van de heuvel met zijn honden als haaien aan zijn handen. 
Tongbreker 4
Kriegelig kocht Krelis kilo’s kruimige krieltjes.
Tongbreker 5
Jeukt jouw jeukende neus ook zo als mijn jeukende neus jeukt?

  • Groepjes van 3
     
  • Zeg de tongbreker drie keer foutloos.
     
  • Gaat het mis? Dan is de volgende aan de beurt! 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

timer
0:30

Slide 11 - Slide

Spelen in viertallen
Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Huiswerk taak 1 - afronden (blz. 10)
Wachtwoord: Haarlem



Geel  = verkeerd woord 
Rood = verkeerde plaats in de zin 
Groen = verkeerde vorm
               (bv werkwoord) 

V = woord vergeten 
weg = woord of letter kan weg

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Het aanrecht
De afwasmachine
De afzuigkap
Het fornuis
De gootsteen
De magnetron
De oven
De plank
De vriezer
Geheugenspel
timer
1:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Estafette!

  1. We maken twee rijen.
  2. De voorste persoon leest de uitdrukking.
  3. Fluister de uitdrukking tegen de volgende in de rij.
  4. De achterste persoon schrijft de uitdrukking op het bord.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Afschuwelijk
Asociaal
Belachelijk
Bovendien
Gedrag
Gooien
Melden
Woorden en idioom - taak 1
Uitdaging: idioom uit taak 4
  • Wat is er aan de hand?
  • Ik heb er genoeg van!
  • Hoe haal je het in je hoofd!

Oefening 9 (blz. 37)
Gesprek 1: in je boek
Gesprek 2: jij en de bovenbuurvrouw
Ophouden
Ontkennen
Stinken  Stank
Vuil

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Het aanrecht
De afwasmachine
De afzuigkap
Het fornuis
De gootsteen
De magnetron
De oven
De plank
De vriezer
Geheugenspel bij taak 2
timer
2:00

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Dankzij dit apparaat hoef ik niet meer zelf met mijn handen in het water. Het bestek, de kopjes en de borden worden helemaal vanzelf schoon!
Welk woord bedoel ik?
Antwoord
De afwasmachine

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Kies nu zelf een woord uit uit taak 2 (blz. 58).

Omschrijf het woord en de ander raadt welk woord het is.
Welk woord bedoel ik?
timer
8:00

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De zon wordt almaar heter.
Het weer wordt steeds maar beter.
De winters worden natter.
De zomers worden droger.
Maar...

Maar het wordt nog warmer.
Warmer dan gisteren.
Maar het regent harder.
Harder dan vandaag.

De lente wordt zachter.
De herfst niet slechter.
Wij worden blijer.
We voelen ons vrijer.
Maar....
Maar het wordt nog warmer.
Warmer dan gisteren.
Maar het regent harder.
Harder dan vandaag.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 2 - Taak 3 - blz. 42 t/m 44
Oefening 1, 2 en 3: samen lezen

  • Lees om beurten een alinea hardop voor. 
  • Na elke alinea bespreek je kort wat je hebt
     gelezen.
  • Maak samen de vragen. Tip: vertel elkaar waarom je voor het antwoord kiest.
timer
15:00

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
koelkast
vriezer
fornuis
afzuigkap
magnetron
oven
afwasmachine
wasmachine
wasmachine
strijkijzer
droger
Waarvoor gebruik je een...
Een koelkast gebruik je, om je producten vers te houden.
Theorie
Kijk op blz. 53 voor theorie over 'om te'.

Slide 21 - Slide

Werkvorm: woorden op briefjes uitdelen. Van tevoren samen mogelijke antwoorden bedenken en noteren.
Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 2 - taak 3 (blz. 45)
Oefening 6

Het werkblad staat in de padlet.
Wachtwoord: Haarlem



Slide 22 - Slide

This item has no instructions

1. baat
2. bat
3. beet
4. bet
5. biet
6. bit
7. boot
8. bot
9. buut
0. but
Lees je telefoonnummer op!

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
INVERSIE
Hoofdzin:
  • Ik ga morgen op vakantie.
  • We gaan nu lunchen.
  • Jij bent altijd te laat.

Hoofdzin met inversie:
  • Morgen ga ik op vakantie.
  • Wanneer gaan we lunchen?
  • Ben jij altijd te laat?
Lees om beurten de zin op je kaartje en maak hem af.

Klaar? Doe de opdracht op het laatste kaartje nog eens, zonder te schrijven.


timer
1:00

Slide 24 - Slide

Na een paar rondes, komt er een tijd op te staan. De cursisten moeten steeds sneller antwoord geven.
1. Kies een thema:
2. Schrijf minimaal 10 woorden op binnen jouw thema.
3. Vertellen:
  • Cursist A: Vertel 2 minuten over het thema.
  • Cursist B: omcirkel de woorden die cursist A heeft gebruikt.
     
4. Probeer samen het verhaal te verbeteren en de rest van de woorden toe te voegen.
Minispreekbeurt
De thema's
De buurt, huisdieren, milieuorganisaties, landschappen, overlast, de keuken, huishouden of verzekeringen.
timer
2:00

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
  • de drukte
  • de balie
  • de file
  • het vliegveld
  • soepel
  • de afdeling
Nieuws van de week
  • het leger
  • sindsdien
  • de viering
  • de toespraak
  • de strijd

  • het onderzoek
  • aanspoelen
  • in de problemen komen
  • de kever
  • het kadaver
  • de bodem
  • de kalk

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

1. Kies een thema:
2. Schrijf minimaal 10 woorden op binnen jouw thema.
3. Vertellen:
  • Cursist A: Vertel 2 minuten over het thema.
  • Cursist B: omcirkel de woorden die cursist A heeft gebruikt.
     
4. Probeer samen het verhaal te verbeteren en de rest van de woorden toe te voegen. Je mag ook een sketch maken :D
Minispreekbeurt
De thema's
De buurt, huisdieren, milieuorganisaties, landschappen, overlast, de keuken, huishouden of verzekeringen.
timer
2:00

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 3 - taak 3 - de talen die je spreekt.
  1. Eva's vriendin Sabine komt uit Afrika.
  2. Het Frans is haar eerste taal
  3. Op de basisschool was het onderwijs helemaal in het Engels.
  4. In Bamileke kan ze goed praten over dagelijkse onderwerpen.
  5. Sabine vindt het fijn dat mensen hier Engels tegen haar praten.
Waar of niet waar?

Slide 28 - Slide

Waar of niet waar?
Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Tijdens de vergadering is mijn collega Ronald altijd aan het woord. 
Ronald is heel …............................................
Welk woord bedoel ik?
Antwoord
Dominant

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Kies nu zelf een eigenschap uit taak 1 (blz. 82).

Omschrijf het woord. De ander raadt welk woord het is.
Welk woord bedoel ik?
timer
8:00
Extra: praat met elkaar over je eigen karaktereigenschappen. 
  • Welke eigenschappen heb je?
  • Welke vind je positief en welke negatief?
  • Waarom vind je dat?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 3 - taak 3 - de talen die je spreekt.
  1. Eva's vriendin Sabine komt uit Afrika.
  2. Het Frans is haar eerste taal.
  3. Op de basisschool was het onderwijs helemaal in het Engels.
  4. In Bamileke kan ze goed praten over dagelijkse onderwerpen.
  5. Sabine vindt het fijn dat mensen hier Engels tegen haar praten.
Waar of niet waar?

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Schrijfoefening verleden tijd
  
  • Schrijf over een vaardigheid die je hebt geleerd (hobby, werk, of iets anders). Vertel precies wat je hebt geleerd en hoe je dat hebt gedaan.
 

Voorbeeld
Ik heb op mijn zesde leren schrijven. In de klas leerde ik eerst de letters van het alfabet. Ik moest ook korte woordjes leren. Daarna schreef ik steeds langere woorden. Uiteindelijk kon ik in groep 4 hele zinnen schrijven!
Signaalwoorden!
  • Eerst
  • Toen
  • Daarna
  • Vervolgens
  • Uiteindelijk / tenslotte
timer
10:00

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Mijn partner rookt wel tien sigaretten per dag. Ik vind dat zo'n slechte …............................................!
Welk woord bedoel ik?
Antwoord
gewoonte
Opdracht
Maak samen 5 zinnen. Schrijf erbij in welke taak het woord te vinden is.

Slide 33 - Slide

Maak samen 5 zinnen. Schrijf erbij in welke taak het woord te vinden is.
Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Kijkvraag
Taak 3
Blz. 103

Slide 34 - Slide

Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.
1. Kies een taak (uit H3 of H4):
2. Schrijf 10 woorden op uit die taak (blz. 82 en 108).
3. Niet schrijven:
  • Cursist A: Vertel 1 minuut over het thema.
  • Cursist B: omcirkel de woorden die cursist A gebruikt.
     
4. Probeer samen het verhaal te verbeteren en de rest van de woorden toe te voegen.
60-secondeverhaal
timer
1:00

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Blz. 99 - 102

Oefening 1, 3 en 5.1
Advies geven
  • Imperatief: eet gezonder.
  • Je moet gezonder eten.
  • Je kunt beter gezonder eten.
  • Als je gezond eet, ga je je beter voelen.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.

  1. Zoek een gesprekspartner en vertel over het probleem dat op je kaartje staat.
  2. Je gesprekspartner geeft je een advies.
  3. Je wisselt van rol. 
    Tijd over? Verzin een nieuw probleem. 
  4. Je wisselt van kaartje




Woorden
  • de calorie
  • daarnaast
  • de darm
  • het dieet
  • de hersenen
  • de hoeveelheid
  • het overgewicht
  • vermijden
  • de vervanger
  • de vezel
  • het vocht
  • de voeding
timer
3:00
Advies geven
  • Imperatief: eet gezonder.
  • Je moet gezonder eten.
  • Je kunt beter gezonder eten.
  • Als je gezond eet, ga je je beter voelen.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
  • 1. Luister naar het verhaal
  • 2. Luister nog een keer en maak aantekeningen.
  • 3. Maak het verhaal compleet met je groepje.
Dictoglos

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Tijd en plaats 

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Blauw briefje

Een of meerdere personen


Tijd en plaats:
Wit briefje

Een plaatsbepaling
Roze briefje

Een tijdsbepaling

 
Wit briefje
Extra: een ander zinsdeel. Bijvoorbeeld: een werkwoord of een object.

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Kies een van de woorden uit de teksten van oefening 2 (blz. 118/119). Maak een zin met je woord.

Slide 41 - Open question

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 5 - taak 3 (blz. 120)
Oefening 4

  • Vul samen het schema in. 
  • Maak ook bij elk vervoersmiddel een zin: "Een boot gaat niet zo snel als een vliegtuig. Dat vind ik een nadeel van reizen per boot, omdat ik weinig vrije tijd heb."
Woorden
  • de reiskosten
  • de reisduur
  • het openbaar vervoer
  • de afstand
  • de ellende

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
  • Welke woorden uit de lijst hoor je?
     
  • Restituëren / repatriëren
Video bij taak 2

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Oefening 3:

Ouderen nemen een abonnement, omdat.....

Slide 44 - Open question

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
  • 1. Luister naar het verhaal
  • 2. Luister nog een keer en maak aantekeningen.
  • 3. Maak het verhaal compleet met je groepje.
Dictoglos

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Hoofdstuk 5 - taak 1 (blz. 112)
Oefening 8

Neem je dialogen op!

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Blauw briefje

Een of meerdere personen


Tijd en plaats:
Wit briefje

Een plaatsbepaling
Roze briefje

Een tijdsbepaling

 
Wit briefje
Extra: een ander zinsdeel. Bijvoorbeeld: een werkwoord of een object.

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Moordspel
  1. Wie heeft de moord gepleegd?
  2. Wat is het moordwapen?
  3. Wanneer is de moord gepleegd?
  4. Waar is de moord gepleegd?

Voorbeeld
Michael Jackson / pleegde de moord / met een mes / tijdens een modeshow / in New York.

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Welke werkwoorden hoor je in het imperfectum?

Kruis ze aan op je kaart!
Eefje de Visser- bingo!

Slide 49 - Slide

This item has no instructions