Ondersteunen bij mobilisatie Les 6

Ondersteunen bij mobilisatie ( module 6 Thieme Meulenhoff)
1 / 30
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Ondersteunen bij mobilisatie ( module 6 Thieme Meulenhoff)

Slide 1 - Slide

programma vandaag
theorie mobiliseren
Opdracht mobiliseren/ free learning maken
rijregels
Opdracht hulp bij transfers
Extra voorbereidingstijd praktijktoets ( wat vond je lastig/ welke les heb ik gemist)


Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Je kunt benoemen wat het belang is van mobiliseren voor de cliënt.
Je kunt uitleggen hoe je cliënten kunt stimuleren en ondersteunen bij het mobiliseren.
Je kunt uitleggen wat bewegingsgerichte zorg inhoudt.
Je kunt uitleggen hoe je bewegingsgerichte zorg kunt toepassen in de dagelijkse praktijk.



Slide 3 - Slide

Het belang van mobiliseren voor de cliënt
Mobiliseren in de zorg is het bewust inzetten van bewegingsactiviteit voor en door de cliënt. Het doel van mobiliseren van een cliënt is:

- het bevorderen van het lichamelijk en/of geestelijk herstel;
- het voorkomen, vertragen of stopzetten van achteruitgang in het functioneren.

Slide 4 - Slide

Als (persoonlijk) begeleider is het je taak om de cliënt in te laten zien wat het belang is van mobiliseren. Je vertelt cliënten dat ze sneller herstellen wanneer ze tijdens en na een periode van ziek zijn mobiliseren, uiteraard binnen de grenzen van de gestelde leefregels. Je stimuleert de cliënt om tijdig te mobiliseren, omdat door te weinig bewegen een neerwaartse spiraal in zijn functioneren ontstaat.

Slide 5 - Slide

 Je geeft de cliënt voorlichting over de gevolgen die te weinig bewegen voor hem heeft, namelijk: dat zijn conditie en spierkracht afnemen. Hierdoor krijgt de cliënt meer moeite om zijn dagelijkse handelingen uit te voeren en kan de cliënt bang zijn om te vallen. Te weinig bewegen kan daarnaast leiden tot achteruitgang van cognitieve functies, waardoor de cliënt problemen krijgt met zijn geheugen, taal, gedrag en het oplossen van problemen.

Slide 6 - Slide

Contracturen

Slide 7 - Slide

Wat is een contractuur?
Een contractuur is een dwangstand van het gewricht. Het gewricht kan niet meer zijn gebruikelijke bewegingen uitvoeren. De oorzaak is een vermindering aan mobiliteit. Eigenlijk roest je dus vast bij verminderde of geen mobiliteit. Dit heeft invloed op het dagelijks functioneren, de cliënt kan niet meer uitvoeren wat hij/zij vroeger gewend is geweest.

Slide 8 - Slide

Een andere factor die bijdraagt aan de neerwaartse spiraal is het gebrek aan eetlust, ook een gevolg van te weinig bewegen. Cliënten halen hun energie uit de voedingsstoffen die ze binnenkrijgen via voeding. Wanneer cliënten door een gebrek aan eetlust minder eten, heeft dat gevolgen voor hun voedingstoestand en energie. Een cliënt die minder energie heeft, zal minder gaan bewegen.

Dé manier om deze neerwaartse spiraal bij de cliënt te doorbreken, is mobiliseren. Als (persoonlijk) begeleider heb je een belangrijke rol in het stimuleren en ondersteunen van het mobiliseren door de cliënt.

Slide 9 - Slide

Wat betekent mobiliteit?
Het vermogen om je fysiek voort te bewegen.

Slide 10 - Slide

redenen waarom cliënten te weinig bewegen
  • Rolstoel afhankelijk
  • Bedlegerig
  • verstandelijke beperking; bijvoorbeeld onvoldoende kennis over het belang van beweging
  • angst voor fysieke inspanning
  • gebrek aan motivatie 
  • depressie
  • gemakkelijk vinden dat anderen bepaalde handelingen van hen overnemen en zelf van nature weinig tot beweging overgaan.

Slide 11 - Slide

Actief en passief bewegen
Actief bewegen is: Wanneer de cliënt zelf bewegingen kan uitvoeren.
Passief bewegen is: De begeleider helpt de cliënt met het bewegen van bijvoorbeeld een contractuur.

Slide 12 - Slide

Lichamelijk welbevinden en gezondheid
Er zijn verschillende manieren om de cliënt in beweging te krijgen:
  • Je laat de cliënt zoveel mogelijk zelf de handelingen voor zijn persoonlijke verzorging doen. Ook als dat meer tijd neemt dan wanneer je de handeling over zou nemen van de cliënt.
  • Je laat de cliënt zelf een glas water pakken om zijn medicijnen in te nemen.
  • Je legt voorwerpen binnen handbereik, zodat de cliënt deze zelf moet pakken

Slide 13 - Slide

Wat is een transfer?
Letterlijke betekenis; overbrengen, verplaatsen, overhevelen.
In de zorg betekent het de cliënt verplaatsen van punt A naar punt B. 
Voorbeelden:
Assisteren bij het opstaan uit een stoel
Hulp bieden bij het lopen (ook gebruik rollator)
Zorgvrager is onderuit gezakt in de (rol)stoel
Vanuit bed begeleiden naar (rol)stoel
Zijwaarts verplaatsen; Kantelen (van rugligging, naar zijligging)
Omhoog plaatsing (zorgvrager is onderuitgezakt van zijn kussen af en moet weer terug omhoog

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

mobiliteitsklassen

Slide 17 - Slide

Opdracht
In groepjes van drie ga je onderstaande vaardigheden oefenen. Student één is zorgverlener, student twee is zorgvrager en student drie is observant. Als jullie een vaardigheid hebben afgerond gaan jullie de vaardigheid nabespreken. De zorgvrager vertelt hoe hij of zij de handeling heeft ervaren, de observant geeft twee complimenten en twee verbeterpunten aan de zorgverlener.

Vervolgens wisselen de rollen totdat iedereen alle handelingen heeft gedaan.
Als een groepje vindt dat deze de vaardigheid beheerst, wordt de vaardigheid gedemonstreerd aan de docent.
Op de volgende slide zie je welke opdrachten je gaat oefenen.




Slide 18 - Slide

  1. assisteren bij het opstaan uit een stoel
2. hulp bieden bij het lopen (ook gebruik rollator)
3. zorgvrager is onderuit gezakt in de (rol)stoel
4. vanuit bed begeleiden naar (rol)stoel
5. Zijwaarts verplaatsen; Kantelen (van rugligging, naar zijligging)
6. Omhoog plaatsing (zorgvrager is onderuitgezakt van zijn kussen af en moet weer terug omhoog

Slide 19 - Slide

Open je laptop en maak deze free-learning en opdracht in Thieme Meulenhoff
 - https://www.free-learning.nl/modules/touchmove/start.html
- Verwerkingsopdrachten niveau 4 in Thieme Meulenhoff ( nummer 1, mobiliseren van cliënten onder het kopje opdrachten)

Slide 20 - Slide

Hulpmiddelen voor transfers
De actieve lift.
Kan door de cliënt als eng en pijnlijk worden ervaren

Slide 21 - Slide

Passieve Lift
Kan door de cliënt als eng worden ervaren

Slide 22 - Slide

Draaischijf
Een schijf waarop de cliënt kan staan en waardoor de cliënt, met behulp van de begeleider, de draai kan maken van punt A naar punt B

Slide 23 - Slide

rijregels

Slide 24 - Slide

Filmpje rijregels

Slide 25 - Slide

ATTENTIE
Het is belangrijk om te weten dat je op je stage niet zomaar zelfstandig met een tillift mag werken. Daar bestaan regels voor per instelling zijn die regels anders: vraag naar de afspraken die er zijn op de afdeling waar je stage loopt.

Slide 26 - Slide

Opdracht
In groepjes van drie ga je vaardigheden oefenen. Student één is zorgverlener, student twee is zorgvrager en student drie is observant. Als jullie een vaardigheid hebben afgerond gaan jullie de vaardigheid nabespreken. De zorgvrager vertelt hoe hij of zij de handeling heeft ervaren, de observant geeft twee complimenten en twee verbeterpunten aan de zorgverlener.

Vervolgens wisselen de rollen totdat iedereen alle handelingen heeft gedaan.
Als een groepje vindt dat deze de vaardigheid beheerst, wordt de vaardigheid gedemonstreerd aan de docent.
Op de volgende slide zie je welke vaardigheden je gaat oefenen.

Slide 27 - Slide

vaardigheden oefenen
  • Client met enkel een sta-functie van rand van het bed in (rol)stoel zetten mbv een draaischijf
  •  Omhoog verplaatsen in bed mbv een glijzeil
  • Omhoog verplaatsen in bed mbv een papegaai
  • Kantelen in bed mbv een steeklaken of trekzeil
  • Client ondersteunen van bed naar stoel ( let op obstakels en informeren client)

Slide 28 - Slide

herhaling info Theorietoets
Voor deze toets leer je de volgende theorie:

- Theorie steunkousen
- Theorie decubitus
- Theorie ThiemeMeulenhoff Zelfzorg, module 1, 2, 4, 5 en 6, dus niet module 3


Slide 29 - Slide

Extra - Voorbereiding praktijktoets
Uitleg: hoe wordt de praktijktoets afgenomen?
Je hebt de resterende tijd om te oefenen voor de toets. Denk aan steunkousen aan-en uittrekken, aan-en uitkleden, transfers, katheterzak verwisselen, wassen op bed, po op bed etc. 
Neem de protocollen op Vilans goed door.

Slide 30 - Slide