4.4 schakeling

§ 4.4 Schakelingen
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§ 4.4 Schakelingen

Slide 1 - Slide

Deze les: 
  • Korte herhaling § 1, 2 en 3
  • Leerdoelen § 4

  • Uitleg
  • Aan de slag

Slide 2 - Slide

§ 4.1 Batterijen 


elektriciteit 
+ een -
serie schakelen
slecht voor milieu
§ 4.2 andere spanningsbronnen

dynamo
generator 
stopcontact
veilige spanning 

Slide 3 - Slide

§ 4.3 stroomkring 

Slide 4 - Slide

schakel-schema 
stroomkring

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe je lampen en andere apparaten in serie schakelt. 
  • Je kunt uitleggen waarom in een serie-schakeling de stroomkring onderbroken is als er een lamp kapot is. 
  • Je kunt uitleggen wat een parallel-schakeling is.
  • Je kunt uitleggen waarom in een parallel-schakeling apparaten apart aan en uitgezet kunnen worden.
  • Je weet dat een parallel-schakeling twee of meer stroomkringen heeft. 
  • Je kunt uitleggen hoe je met een schakelaar een stroomkring kunt onderbreken en sluiten. 

Slide 6 - Slide

Schakelingen
  • Je kunt de apparaten in serie schakelen. 

  • En je kunt apparaten ook parallel schakelen. 


Slide 7 - Slide

Parallel-schakeling
  • In een parallel-schakeling heeft ieder apparaat een eigen stroomkring. 

  • Een parallel-schakeling heeft twee of meer stroomkringen. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Schakel-schema met een onderbroken schakelaar 
Met een schakelaar kun je de stroomkring sluiten en onderbreken. 

Slide 10 - Slide

Onthouden (boek blz 231)
  • In een serie-schakeling staan alle apparaten in één stroomkring.
  • Een serie-schakeling werkt alleen als:
    alle apparaten aan staan; alle apparaten heel zijn; de schakelaar dicht is.

  • Een parallel-schakeling heeft twee of meer stroomkringen.
  • In een parallel-schakeling heeft elk apparaat een aparte stroomkring.
  • Apparaten in een parallel-schakeling kun je apart aan- en uitzetten.

  • Met een schakelaar kun je:
    een stroomkring onderbreken (de schakelaar is open);
    een stroomkring sluiten (de schakelaar is dicht).




Slide 11 - Slide

Aan het werk 
Maken en leren 
§ 4.4 opdrachten 1 t/m 17 (online)

Als je klaar bent,  mag je met een ander vak aan de slag. 

Slide 12 - Slide