Lil Nas X ft. Billy Ray Cyrus lesson 2

Lil Nas X ft. Billy Ray Cyrus lesson 2
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsBasisschoolGroep 8

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Lil Nas X ft. Billy Ray Cyrus lesson 2

Slide 1 - Slide

What is the name of the song by Lil Nas X featuring Billy Ray Cyrus?
A
Modern Highway
B
New City Street
C
Old Town Road
D
Young Village Lane

Slide 2 - Quiz

Wat is het Engelse woord voor nieuwsgierig?
A
curious
B
famous
C
blowing up
D
finding a way

Slide 3 - Quiz

Wat betekent staying up?

Slide 4 - Open question

Wat is 'een manier vinden' in het Engels?
A
brand-new
B
coming up with
C
finding a way
D
blowing-up

Slide 5 - Quiz

Zet de goede vertaling erbij
Making money
Famous
Forget
Foot
Blowing up
Geld verdienen
Beroemd
vergeten
voet
opblazen

Slide 6 - Drag question

Wat is het Engelse woord voor hart?

Slide 7 - Open question

Welk woord hoort er niet bij?
Up
Right
Down
Left
something

Slide 8 - Poll

Wat betekent 'once a week'?
A
een ons per week
B
onze week
C
de onzijdige week
D
één keer in de week

Slide 9 - Quiz

Match het goede plaatje bij het woord
Make money
Head

Brand new
Road
Staying up

Slide 10 - Drag question

Hoe zeg je: Doe alsof je gitaar speelt
A
Wipe one hand over your other hand.
B
Pretend you're playing the guitar.
C
Make a rock symbol with your hands.
D
Do you look like a guitar?

Slide 11 - Quiz

Hoe zeg je in het Engels 'links en rechts'?

Slide 12 - Open question

Welke woorden gebruik je om 'boven en onder' in het Engels te zeggen?
A
up and left
B
left and right
C
up and down
D
down and right

Slide 13 - Quiz

Vertaal de zin naar het Engels:
Zing mee met het lied.

Slide 14 - Open question

Als je in het Engels tegen iemand wil zeggen dat hij/zij iets moet doen, begin je de zin....
A
met het hele werkwoord.
B
met een uitroepteken.
C
met een zelfstandig naamwoord.
D
met 'what' of 'why'.

Slide 15 - Quiz

Vertaal de volgende zin naar het Engels:
Maak een TikTok-video.

Slide 16 - Open question

Wat betekent: Make a rock symbol with your hand.
A
Maak een steen met je handen.
B
Doe een rockdansje met je heupen.
C
Maak een steen beweging met je heup.
D
Maak een rocksymbool met je handen.

Slide 17 - Quiz

Sleep de componenten op de plaats
Move your hands like you're driving. 

Move your hand down in front of your face. 
Wipe one hand over your other hand.

Beweeg je handen naar beneden voor je gezicht.
Beweeg je handen alsof je aan het rijden bent. 
Veeg een hand over je andere hand.

Slide 18 - Drag question

Wat past het beste bij deze appels?
A
one
B
few
C
a lot of
D
pears

Slide 19 - Quiz

Wat betekent: forget something
A
iets forceren
B
iets vergeten
C
soms verkrijgen
D
altijd klaarstaan

Slide 20 - Quiz

Kijk goed naar de zin en onthoud deze:
 

Use a pen to write your answer. 

Slide 21 - Slide

Schrijf de zin van net op. (In het NL is het: gebruik een pen om je antwoord op te schrijven)

Slide 22 - Open question

Schrijf zoveel mogelijk
woorden van de les op.

Slide 23 - Mind map