4.2 De macht van koningen deel 1

1 / 26
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vandaag
-Herhaling
-Uitleg
-Aan de slag in groepjes
-Vragen bespreken


Slide 2 - Slide

Herhaling vorige les

Slide 3 - Slide

Welke grote verandering vond er plaats rond het jaar 1000?
A
Boeren gingen rondtrekken op zoek naar grond.
B
E gingen veel mensen in Europa dood door ziektes.
C
Rondom de markt kwamen steeds meer mensen wonen.

Slide 4 - Quiz

In een stad ontstonden nieuwe beroepen zoals schoenmaker.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Een schout is...
A
een edelman
B
een burgemeester
C
een burger
D
een inwoner van een stad

Slide 6 - Quiz

Nederland bestond rond 1300 uit:
A
delen
B
provincies
C
gewesten

Slide 7 - Quiz

Vandaag:
Leerdoelen
1. Leer je hoe de koningen vanuit één plek hun staten gingen besturen

lezen blz. 127

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat veranderde rond het jaar 1300 als je kijkt naar de macht in een land?
A
Steeds meer edelen namen de macht over van de koning.
B
Koningen huurden eigen ridders en kregen daardoor meer macht.
C
Ridders kregen meer te zeggen en werden machtiger.

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Paleis- Parijs

Slide 15 - Slide

Vanuit dit paleis werd het hele rijk bestuurd. Hoe heet dit?
A
centralisatie
B
democratie
C
koningschap
D
gewesten

Slide 16 - Quiz

En nu... in Nederland

Hoeveel macht heeft onze Koning?

Slide 17 - Slide

Wat weet je nog?
4 vragen. 
Hoeveel heb je er goed?

Slide 18 - Slide

De koningen werden steeds rijker door:
A
belastinggeld innen
B
staatsvorming
C
kado's

Slide 19 - Quiz

De koningen bestuurden hun land vanuit hun:
A
kasteel
B
paleis
C
dorp

Slide 20 - Quiz

Een land als eenheid besturen noemen we:
A
centralisatie
B
staatsvorming

Slide 21 - Quiz

Het land besturen vanaf één plek noemen we:
A
staatsvorming
B
centralisatie
C
bestuur

Slide 22 - Quiz

Hoeveel vragen had je goed?
A
0-1
B
2-3
C
3-4

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video