C&W 2.1 - Persoonlijkheidsstoornissen

Cluster A
1 / 20
next
Slide 1: Slide
DoelgroepenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Cluster A

Slide 1 - Slide

Wat is GEEN oorzaak van een persoonlijkheidsstoornis?
A
Genetische factoren
B
Omgevingsfactoren
C
Mishandeling
D
Hersenziekte

Slide 2 - Quiz

Welke persoonlijkheidsstoornis valt NIET onder cluster A?
A
Paranoïde persoonlijkheidsstoornis
B
Schizoide persoonlijkheidsstoornis
C
Borderline persoonlijkheidsstoornis
D
Schizotypische persoonlijkheidsstoornis

Slide 3 - Quiz

Welk gedrag hoort bij Cluster A
A
nerveus en angstig gedrag
B
dramatisch, emotioneel of labiel gedrag
C
vreemd, excentriek gedrag

Slide 4 - Quiz

Wat is een kenmerk van een schizotypische persoonlijkheidsstoornis?
A
Eigenaardige ideeën/overtuigingen
B
Wantrouwen
C
Behoefte aan isolatie

Slide 5 - Quiz

Wat is een kenmerk van een Schizoïde persoonlijkheidsstoornis?
A
Eigenaardige ideeën/overtuigingen
B
Wantrouwen
C
Behoefte aan isolatie

Slide 6 - Quiz

Wat is een kenmerk van een Paranoïde persoonlijkheidsstoonis?
A
Behoefte aan isolatie
B
Wantrouwen
C
Eigenaardige ideeën/overtuigingen

Slide 7 - Quiz

Cluster B

Slide 8 - Slide

Welk gedrag hoort bij Cluster B
A
nerveus en angstig gedrag
B
dramatisch, emotioneel of labiel gedrag
C
vreemd, excentriek gedrag

Slide 9 - Quiz

In welk cluster hoort de Borderline persoonlijkheidsstoornis?
A
Cluster A
B
Cluster B
C
Cluster C

Slide 10 - Quiz

Wat zijn de kenmerken bij een borderline persoonlijkheidsstoornis?
A
Weinig contact met anderen en leven vaak geïsoleerd
B
Moeite met aangaan en in stand houden van relaties en zijn vaak impulsief
C
Dwangmatig handelen en onzelfstandig

Slide 11 - Quiz

Wat is een kenmerk van een Narcistische persoonlijkheidsstoornis?
A
Laat veel manipulerend gedrag zien
B
Roekeloos en agressief gedrag
C
Overdreven en theatrale uitingen

Slide 12 - Quiz

Deze persoonlijkheidsstoornis wordt gekenmerkt door een aanhoudend patroon van overdreven emotionaliteit en aandacht zoeken. Als hij/zij dit niet krijgt, kan hij/zij onzeker, kwaad of depressief worden.
A
Borderline
B
Antisociale persoonlijkheidsstoornis
C
Theatrale persoonlijkheidsstoornis

Slide 13 - Quiz

Hun geweten is vaak niet volledig ontwikkeld en ze schenden vaak de rechten van anderen. De betrokkenheid bij misdrijven is groot en men gebruikt regelmatig geweld.
A
Borderline
B
Antisociale persoonlijkheidsstoornis
C
Theatrale persoonlijkheidsstoornis

Slide 14 - Quiz

Cluster C

Slide 15 - Slide

Welk gedrag hoort bij Cluster C
A
nerveus en angstig gedrag
B
dramatisch, emotioneel of labiel gedrag
C
vreemd, excentriek gedrag

Slide 16 - Quiz

Deze personen gaan sociale contacten uit de weg uit angst voor afwijzing. Wel hebben ze behoefte aan sociaal contact, maar zijn bang vernederd te worden.
A
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
B
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
C
Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

Slide 17 - Quiz

Deze personen worden gekenmerkt door een gevoel van hulpeloosheid en een laag gevoel van eigenwaarde. Iemand denkt dat hij/zij niet alleen kan en heeft weinig vertrouwen in eigen kunnen. Hij/zij heeft veel geruststelling nodig van anderen en vraagt snel om hulp.
A
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
B
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
C
Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

Slide 18 - Quiz

Deze personen kunnen ze zich schamen voor tekortkomingen en zijn ze bang voor kritiek, waardoor ze activiteiten uit de weg gaan.
A
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
B
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
C
Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

Slide 19 - Quiz

Mensen die deze stoornis hebben zijn erg perfectionistisch en orderlijk ingesteld. Ze zijn weinig flexibel en niet geneigd tot zelfkritiek, iets is goed of fout. Daarnaast zijn ze erg bezig met details, lijstjes, regels en ordening.
A
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
B
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
C
Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

Slide 20 - Quiz