Vakkennis en vaardigheden
De beginnend beroepsbeoefenaar:
● heeft specialistische kennis van binoculair zien (waaronder tropieën en forieën, incomitant en concomitant strabisme)
● heeft specialistische kennis van accommodatie, convergentie en hun relatie (fysiologie, stoornis, pathologie)
● heeft specialistische kennis van oogbewegingen (neurologisch, mechanisch, fysiologisch/pathologisch)
● heeft specialistische kennis van de werkwijze van testen voor prismatische correcties (heteroforie correctie)
● heeft specialistische kennis van het gezichtsveld en defecten en de werking van de confrontatieveldtesten
● heeft specialistische kennis van de functie van de diverse onderdelen van de Haase-test
● heeft specialistische kennis wanneer welke (binoculaire) testen uit te voeren als: covertest, spierbalanstesten met en
zonder fusie, motiliteit (versies en ducties), accommodatie amplitude (AA), nabijpuntconvergentie (NPC), stereopsistest.
● Amslertest, pupilreflexbeelden en pupilreacties
● heeft kennis van de Engelse benamingen en omschrijvingen van de behandelde (binoculaire) testen en vooronderzoeken
● heeft kennis van de werking en functie van het (direct) oogspiegelen.