Hechting en Trauma; introductieles (les 1)

• Hechting en trauma
• MBO
• Studiejaar 3

Hechting & Trauma

Introductieles 

Wie ben jij, wie ben ik? 

Verwachtingen

Geef voorbeelden uit de praktijk

Luister naar elkaar

Respecteer elkaar

Stel vragen! 

Maak aantekeningen

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Opzet van het vak

- 7 Lessen van 1.5 uur
- Schrijf, denk en praat mee! 
- Theorie, verwerkingsvragen, opdrachten en filmpjes
- Alle presentaties zijn terug te vinden in LessonUp (code geven!)

- Eindproducten: verwerkingsopdracht en een eindproduct

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Opzet van de lessen

Les 1: introductie

Les 2: hechtingstheorie

Les 3: hechtingstheorie verdieping

Les 4: trauma

Les 5: begeleiden bij bijzondere gebeurtenissen deel 1

Les 6: begeleiden bij bijzondere gebeurtenissen deel 2

Leerdoelen

- Je weet wat dit vak inhoud

- Je weet hoe je dit vak kan afronden

- Je hebt een introductie gekregen op hechting

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les zullen hebben geleerd.

Wat weet je al over hechting?

Wat weet je al over trauma?

Maslow

De pyramide van Maslow legt uit welke basisbehoeften de mens heeft en hoe deze in een bepaalde volgorde vervuld moeten worden. Maar waarom is hechting zo belangrijk?

Start de les met een korte introductie over de pyramide van Maslow en hechting.

De pyramide van Maslow

De pyramide van Maslow bestaat uit 5 niveaus: fysiologische behoeften, veiligheid, sociaal/emotionele behoeften, zelfwaardering en zelfactualisatie.

Leg kort uit wat de pyramide van Maslow is.

Theorie van Maslow

Sociaal/emotionele behoeften

De derde laag van de pyramide bestaat uit sociaal/emotionele behoeften, zoals vriendschap, liefde en intimiteit. Deze behoeften kunnen alleen vervuld worden als er sprake is van hechting.

Leg uit wat de sociaal/emotionele behoeften zijn en waarom hechting belangrijk is voor het vervullen van deze behoeften.

Hechting bij baby's

Bij baby's is hechting cruciaal voor hun ontwikkeling en overleving. Het zorgt voor een veilige basis en geeft het kind vertrouwen.

Vertel waarom hechting zo belangrijk is voor baby's en welke invloed het heeft op hun ontwikkeling.

Hechting bij volwassenen

Hechting is niet alleen belangrijk voor baby's, maar ook voor volwassenen. Het zorgt voor een gevoel van verbondenheid en vertrouwen in relaties.

Leg uit waarom hechting ook voor volwassenen belangrijk is en wat de effecten zijn van een gebrek aan hechting.

Opdracht 1

Maak duo's en zoek per niveau van de piramide de betekenissen op (google)​

Noem per dimensie een voorbeeld dat toepasbaar is op een behoefte uit je eigen leven​

 ​

​

Samen bespreken​

Aantekeningen maken

Pyramide van Maslow opdracht

Opdracht 2

Maak duo's en zoek per niveau van de piramide de betekenissen op (google)​

Kies een stageplek uit. 

Noem per dimensie een voorbeeld dat toepasbaar is voor de doelgroep waarmee degene werkt​

 ​

​

Samen bespreken​

Aantekeningen maken

Pyramide van Maslow opdracht

Trauma 

In de psychiatrie en psychologie wordt de term trauma gebruikt wanneer iemand na een schokkende gebeurtenis blijft steken in gevoelens van angst, woede of eenzaamheid. De gebeurtenis is in dat geval zo ongewoon, pijnlijk, schokkend of extreem dat het niet lukt om ermee om te gaan.

(Bron: Website UMC Utrecht) 

Conclusie

Aan de hand van de pyramide van Maslow kunnen we concluderen dat hechting nodig is om aan onze sociaal/emotionele behoeften te voldoen. Zonder hechting kunnen we ons niet verbonden en veilig voelen in relaties.

Vat de belangrijkste conclusies van de les samen.

Reflectie

Wat heb je geleerd over de pyramide van Maslow en hechting? 

Stimuleer de studenten om na te denken over wat ze geleerd hebben en hoe ze deze kennis kunnen toepassen.

Bronnen

Maslow, A.H. (1943). A Theory of Human Motivation. Psychological Review, 50(4), 370–396.

Noem de bronnen die gebruikt zijn voor de les.

Soorten hechting

Er zijn vier soorten hechting:

 veilige hechting, 

vermijdende hechting, 

ambivalente hechting en gedesorganiseerde hechting.

Hechtingsstijlen

In de theorie van Ainsworth wordt onderscheid gemaakt tussen vier hechtingsstijlen:

Veilige hechting: er bestaat evenwicht bij het kind tussen nabijheid zoeken met de ouder en exploratie.

Vermijdende hechting (georganiseerd onveilig gehechtheidspatroon): er is minimaal contact tussen de ouder en zijn kind. Het kind vermijdt het contact met de ouder, omdat hij geleerd heeft dat de ouders hem structureel afwijzen, verwaarlozen of niet reageren.

Ambivalente hechting (georganiseerd onveilig gehechtheidspatroon): er is maximaal contact tussen de ouder en zijn kind. Het kind blijft dicht bij zijn ouder, omdat hij onzeker is over hoe en of de ouder reageert. De ouder stemt zijn gedrag vaak niet af op zijn kinderen, maar op zijn eigen behoeften. Je zult vaak mismatches zien die niet worden herkend of hersteld.

Gedesorganiseerde hechting (ongeorganiseerd en gedesoriënteerd onveilig gehechtheidspatroon): een kind voelt zich machteloos in het contact met zijn ouder en heeft geleerd dat het contact met zijn ouder onvoorspelbaar is en bij vlagen zeer beangstigend en zelfs gevaarlijk. Deze vorm van hechting is sterk gerelateerd aan ongunstige omstandigheden waarin het kind opgroeit en aan de ontwikkeling van psychopathologie. Deze kinderen hebben geen copingstrategie om met separatie van de ouder om te gaan.Leg de vier soorten hechting uit en laat voorbeelden zien.

Veilige hechting

Bij veilige hechting voelt een kind zich veilig en geborgen bij zijn/haar verzorger en vertrouwt erop dat zijn/haar behoeften worden vervuld.

Vertel de leerlingen wat veilige hechting inhoudt en wat de voordelen zijn.

Vermijdende hechting

Bij vermijdende hechting vermijdt een kind het contact met zijn/haar verzorger en lijkt het geen behoefte te hebben aan nabijheid of troost.

Vertel de leerlingen wat vermijdende hechting inhoudt en wat de mogelijke oorzaken zijn.

Ambivalente hechting

Bij ambivalente hechting is een kind angstig en onzeker in de nabijheid van zijn/haar verzorger en is het moeilijk te troosten.

Vertel de leerlingen wat ambivalente hechting inhoudt en wat de mogelijke oorzaken zijn.

Gedesorganiseerde hechting

Bij gedesorganiseerde hechting is er sprake van tegenstrijdige en verwarrende emoties en gedragingen.

Vertel de leerlingen wat gedesorganiseerde hechting inhoudt en wat de mogelijke oorzaken zijn.

Invloed van hechting

Hechting heeft invloed op de ontwikkeling van de hersenen, sociale vaardigheden, emotieregulatie en latere relaties.

Leg uit wat de invloed van hechting is op de ontwikkeling van kinderen.

Oefening: Wat voor hechting heb jij?

Laat de leerlingen een vragenlijst invullen om te ontdekken wat voor hechtingsstijl zij hebben.

Laat de leerlingen individueel de vragenlijst invullen en bespreek daarna in groepjes de resultaten.

Wat kan je doen?

Als verzorger kan je zorgen voor een veilige hechtingsrelatie door sensitief, responsief en consistent te zijn.

Geef tips aan de leerlingen over hoe ze kunnen zorgen voor een veilige hechting als toekomstige verzorgers.

Conclusie

Hechting is belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Het beïnvloedt de hersenen, sociale vaardigheden, emotieregulatie en latere relaties.

Vat de belangrijkste punten van de les samen.

Wat kan een gebrek aan hechting veroorzaken?

1. Sociale en emotionele problemen op latere leeftijd.
2. Een nieuwe hobby vinden
3. Een goede baan krijgen
4. Veel vrienden hebben

Wanneer vindt hechting plaats?

1. In de eerste levensjaren van een kind.
2. Als het kind naar de universiteit gaat
3. Op de middelbare school
4. Als het kind volwassen is

Wat is hechting?

1. Een speeltje om mee te spelen
2. Een duurzame emotionele band tussen een kind en zijn verzorger.
3. Een soort knuffel
4. Een boek over emoties

Bronnen

https://www.nji.nl/hechting-en-hechtingsproblemen/wat-is-hechting

https://www.ncj.nl/onderwerp/hechting/hechtingstheorie/

Noem de bronnen die je hebt gebruikt voor de les.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.