Module 1: Filterbubbels op Social Media en Google

Module 1: Filterbubbels op Social Media en Google

Leerdoelen

• Aan het einde van de les begrijp je wat filterbubbels zijn.
• Aan het einde van de les weet je hoe filterbubbels werken.
• Aan het einde van de les weet je hoe je filterbubbels kunt doorbreken.

Wat weet je al over filterbubbels?

Wat zijn Filterbubbels?

• Filterbubbels worden veroorzaakt door algoritmes die je online gedrag volgen.
• Ze presenteren inhoud die aansluit bij je bestaande meningen en interesses.
• Dit kan leiden tot een gepersonaliseerde internetervaring, maar je ook isoleren van tegenstrijdige informatie.

Hoe werken Filterbubbels?

• Algoritmes volgen je online gedrag om te bepalen welke inhoud je te zien krijgt.
• Ze analyseren je voorkeuren, zoekgeschiedenis en interacties.
• Op basis hiervan tonen ze content die overeenkomt met je bestaande opvattingen en interesses.

Hoe kun je Filterbubbels doorbreken?

• Diversifieer je informatiebronnen om een breder perspectief te krijgen.
• Wees kritisch over wat je online leest en controleer de betrouwbaarheid van bronnen.
• Pas je privacy-instellingen aan om minder persoonlijke gegevens te delen met algoritmes.

Hoe kun je de betrouwbaarheid van bronnen controleren?

1. Geloof alles wat je online leest
2. Deel al je persoonlijke gegevens met algoritmes
3. Wees kritisch over wat je online leest
4. Blijf informatie van dezelfde bron lezen

Wat is een manier om een breder perspectief te krijgen?

1. Blijf informatie van dezelfde bron lezen
2. Diversifieer je informatiebronnen
3. Pas je privacy-instellingen aan
4. Geloof alles wat je online leest

Wat kun je doen om filterbubbels te doorbreken?

1. Pas je privacy-instellingen aan
2. Controleer de betrouwbaarheid van bronnen
3. Wees kritisch over wat je online leest
4. Diversifieer je informatiebronnen

Definitielijst

• Filterbubbel: een term die beschrijft hoe het internet je informatie voorschotelt die aansluit bij je bestaande meningen en interesses.
• Algoritme: een procedure of formule voor het oplossen van een probleem, in deze context gebruikt om te bepalen welke inhoud je ziet op basis van je online gedrag.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.