Na een woord van hoeveelheid moet je het delend lidwoord vervangen door
de (+ woord met medeklinker) of
d' (woord met klinker of stomme h). Bijv:
Je mange des pommes. Je mange un kilo de pommes.
Je bois de l'eau. Je bois un litre d'eau.
Andere woorden van hoeveelheid: beaucoup (veel), trop (teveel), peu (weinig), une bouteille (een fles), un verre (een glas), un paquet (een pak).