Adjektiv

das Programm
Was ist ein Adjektiv?
Wie konjugiert man Adjektive?
Was sollte man sich merken?
Adjektive üben
1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3-5

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

das Programm
Was ist ein Adjektiv?
Wie konjugiert man Adjektive?
Was sollte man sich merken?
Adjektive üben

Slide 1 - Slide

Was ist ein Adjektiv?
Was weißt du schon darüber?

Slide 2 - Mind map

Wie konjugiert man Adjektive?

Slide 3 - Open question

Was soll man sich merken?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Wat is de meest voorkomende uitgang van het Adjektiv?
A
e
B
en
C
er
D
es

Slide 9 - Quiz

In welke naamval (len) komt deze meestvoorkomende uitgang altijd voor?
A
1e en 2e naamval
B
2e en 3e naamval
C
3e en 4e naamval
D
1e en 4e naamval

Slide 10 - Quiz

Waar komt de uitgang -en in beide schema's NIET voor ?
A
mannelijk 1e vrouwelijk 1e onzijdig 1e
B
mannelijk 4e vrouwelijk 4e onzijdig 4e
C
mannelijk 4e vrouwelijk 1e onzijdig 1e
D
vrouwelijk 4e onzijdig 1e meervoud 1e

Slide 11 - Quiz

Waar komt de meestvoorkomende uitgang -en UITSLUITEND voor ?
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
meervoud

Slide 12 - Quiz

maak nu Aufgabe 4 Schritt 8 Seite 62

Slide 13 - Slide

Teste dich selbst 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Wie waren meine Resultaten?

Slide 16 - Open question

Was habe ich jetzt gelernt?

Slide 17 - Open question

Was soll ich nicht vergessen?

Slide 18 - Open question