Les donderdag 21 april Wft Schade Particulier 1.1 Inleiding

Noem een aantal
risico's die niet te
verzekeren zijn?
1 / 26
next
Slide 1: Mind map
EconomieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Noem een aantal
risico's die niet te
verzekeren zijn?

Slide 1 - Mind map

This item has no instructions

Leerdoelen
Hoofdstuk 8 en 9 Inleiding
- Wat is risico - inventarisatie?
- Het principe van verzekeren. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

timer
2:30
Man en vrouw kopen een huis per 1 oktober. Jij bent adviseur. Welke vragen stel jij of welke gegevens verzamel jij om de risico's te inventariseren?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het eind van de les weten  jullie:
1. Wat er bedoeld wordt met risicomanagement en je kan dit toepassen in een casus
2) het principe van verzekeren (wet grote aantallen / reserveringen / antiselectie en premiedifferentiatie

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Risicomanagement
=> inventariseren van risico's 
=> maatregelen selecteren om risico's te beperken

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Omschrijf in je eigen woorden wat er wordt bedoeld met risicomanagement

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Risicomanagement

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoe kun je risico's verminderen?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

OBE maatregelen
O = Organisatorisch
B = Bouwkundig
E = Elektronisch

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Op beide plaatjes zie je schades waartegen je je kunt verzekeren.
Welke schade komt het vaakst voor?
En tegen welke schade is een verzekering het meest noodzakelijk?
A
De grootste kans op schade: Plaatje 1 De meest noodzakelijke verzekering: Plaatje 1
B
De grootste kans op schade: Plaatje 1 De meest noodzakelijke verzekering: Plaatje 2
C
De grootste kans op schade: Plaatje 2 De meest noodzakelijke verzekering: Plaatje 1
D
De grootste kans op schade: Plaatje 2 De meest noodzakelijke verzekering: Plaatje 2

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Steeds meer verzekerden kiezen ervoor om maar een deel van de mogelijke schade te verzekeren. Zij nemen zelf ook een deel van het risico.

Welke gevolgen heeft het nemen van een eigen risico voor de premie en de schade-uitkering van een verzekering?
A
De premie: gaat omhoog De schade-uitkering: gaat omhoog
B
De premie: gaat omhoog De schade-uitkering: gaat omlaag
C
De premie: gaat omlaag De schade-uitkering: gaat omhoog
D
De premie: gaat omlaag De schade-uitkering: gaat omlaag

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welke verzekeringen
zijn wettelijk
verplicht?

Slide 15 - Mind map

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Niet verzekerbare risico’s

Catastrofe risico’s zijn niet verzekerbaar:
  • Vulkaan uitbarstingen
  • Molest 
  • Aardbevingen 
  • Overstromingen 
  • Atoomkernreacties 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions


Aan de hand van welke wet wordt door verzekeraars de premie bepaald?
A
Wet van Maier
B
Wet van grote aantallen
C
Wet van aantrekking
D
Wet van Murphy

Slide 19 - Quiz

Waar wordt deze premie op gebaseerd? Dit gebeurt aan de hand van de wet grote getallen. Hoe meer verzekerden, des te zekerder zijn de te verwachten uitkeringen. Door rekening te houden met het gemiddelde schadebedrag kan de premie worden berekend. Hierdoor is de kans kleiner dat de verzekeraar meer moet uitkeren dan dat hij ontvangt.


Gaat op basis van statistieken uit het verleden. 
Verzekereraar werkt met reserveringen.    

Het kan zo zijn dat een verzekeraar in een jaar meer moet uitkeren (door bijvoorbeeld een grote storm) en hierdoor lijdt de verzekeraar verlies. Om dit op te vangen reserveert de verzekeraar geld in jaren dat het goed gaat.

Indemniteitsbeginsel
Je mag financieel niet beter worden van een uitkering

  • Geldt voor schadeverzekeringen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Indemniteit 
Marieke heeft een bezitting met een werkelijke waarde van € 200.000,-. Ze heeft deze bezitting verzekerd voor € 300.000,-. Op enig moment doet zich een verzekerd risico voor met € 50.000,- schade tot gevolg.
Welke uitkering krijgt ze nu? 


Marieke heeft gekozen voor een verzekerde waarde die hoger ligt dan de werkelijke waarde. In dit geval geldt het indemniteitsbeginsel: het uit te keren bedrag mag niet hoger zijn dan het schadebedrag.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten maken!

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
- Heb je de leerdoelen behaald?
1) Je weet wat er bedoeld wordt met risicomanagement en je kan dit toepassen in een casus
2) Je weet het principe van verzekeren (wet grote aantallen / reserveringen / antiselectie en premiedifferentiatie

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Indemniteit 
Marieke heeft een bezitting met een werkelijke waarde van € 200.000,-. Ze heeft deze bezitting verzekerd voor € 300.000,-. Op enig moment doet zich een verzekerd risico voor met € 50.000,- schade tot gevolg.
Welke uitkering krijgt ze nu? 


Slide 26 - Slide

This item has no instructions