Paragraaf 4

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Paragraaf 4

Werktuigen

Planning

10 min.     Opdr 2.3 bespreken 

15 min.     Uitleg      

                   Leerdoelen
                   Lesstof
                   Filmpje

10 min.     Opdrachten maken
5 min.       Opdrachten bespreken
20 min.     Huiswerk maken
5 min.       Gesnapt?

Leerdoelen

1. Je kunt verschillende soorten hefbomen onderscheiden.
   
2. Je kunt hefbomen in werktuigen herkennen.
   
3. Je kunt bij werktuigen rekenen met de momentenwet.

Hefbomen

Soms is je spierkracht niet groot genoeg. In zo’n geval gebruik je een werktuig, dat helpt je om meer kracht uit te oefenen. Bijvoorbeeld een steeksleutel.

Je spierkracht werkt op het uiteinde van de steeksleutel, ver van het draaipunt. Hierdoor oefent de sleutel een kracht uit op de moer, dicht bij het draaipunt. De kracht op de moer is groter dan jouw spierkracht. Dat merk je: je kunt de moer met de sleutel gemakkelijk losdraaien.

Momentenwet

Momentenwet werktuigen

Dubbele hefboom

Werktuig met draaipunt

Momentenwet

DOEN:

Opdracht 1 en 2

Klaar? ga verder met de overige opgaven

HUISWERK

Opdracht 1 t/m 7 af voor volgende les.

Leerdoelen

1. Je kunt het principe van een hefboom uitleggen.
   
2. Je kunt berekeningen maken met het verband tussen moment, kracht en arm.
   
3. Je kunt de arm van een kracht meten.
   
4. Je kunt rekenen met de momentenwet.

Waarom gebruiken we een hefboom?

Wat is de formule voor het moment?

Wat is de arm van een kracht?

Wat is de momentenwet?

HUISWERK

Opdracht 1 t/m 10 af voor volgende les.