Antwoorden krijgen ... Let op!
- Op datgene wat hij NIET zegt of slechts gedeeltelijk zegt. Bv: Ik ben kwaad (je hebt geen idee waar het over gaat).
- Ontbrekend referentie kader: Zij willen dat, wij, de groep, de familie, iedereen
- Alles of niets aanduidingen: altijd, alles, iedereen, nooit, nergens, niemand, niets.
- Op waarde oordeel woorden: goed, mooi, leuk, lelijk