keizers, burgers en arbeiders
einde 19e eeuw:- Berlijn, Londen, Parijs, Sint-Petersburg en Wenen -> centra van politieke macht.
Adel: belangrijk in landsbestuur.
Invloed van rijke fabrikanten, handelaren en bankiers nam toe. (toplaag middenklasse)
(huishoudpersoneel, theekransjes, herenclub, theater)
Arbeiders: Arm. 60 uur werkweek ipv 75
Meer vrije tijd, lazen krant, lid van vereniging