week 48 - 2B - Woorden H2.5 - les 1

Welkom!
Wat ligt er op je tafel?








           
           Kom binnen en  
           ga zitten op jouw plek.



1
WELKOM!
2
 Woorden-schrift
   Pen
Laptop
1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Wat ligt er op je tafel?








           
           Kom binnen en  
           ga zitten op jouw plek.



1
WELKOM!
2
 Woorden-schrift
   Pen
Laptop

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

  • Jullie nieuwsbericht
  • Introductie woorden H2.5
Vandaag
  •    H2.5
 Huiswerk:
Programma:

Slide 2 - Slide

This item has no instructions


Jullie nieuwsbericht
Klik
  • - Werkwoordspelling
  • - Leestekens
  • - Hoofdletters
  • - Verwijswoorden en synoniemen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

  • Je leert 25 nieuwe woorden en je kunt ze toepassen;
  • Je weet wat achtervoegsels zijn.
LESDOELEN

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
Kijkvraag
Welke woorden uit de lijst op blz. 116 vind je passen bij de video?

Slide 6 - Slide

Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Aan de slag!
Maken in H2.5 - opdracht 3 en 6
Wat?
Met wie?
Hulp?

Eerder klaar?
En daarna?

Zelfstandig
timer
8:00
Ik loop een rondje.
Leer de woorden op blz. 116
3 en 6 op het bord

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Noem een woord met een synoniem
Welk woord en betekenis weet je nog?
Maak een mooie zin met een moeilijk woord.
Begrippen
Beeld een moeilijk woord uit.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

  • Ruim je je plek op?

  • We blijven zitten tot de bel gaat.

  • Schuif je je stoel aan voordat  je het  lokaal verlaat?

Tot ziens!
Huiswerk:
  • H2.5 - opdracht 3 en 6
  • Leer de woordenlijst

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
1
Denken dat iets zo is omdat je daar een aanwijzing voor hebt.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
2
Kleur die ervoor zorgt dat je niet opvalt in de omgeving.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
3
Met moeite in leven blijven.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
4
Voorzichtig zijn omdat je iets of iemand niet vertrouwd.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
5
Werkplaats waar proeven worden gedaan voor onderzoek.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
6
Niet meer dan.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
7
Zorgen dat je niet opvalt in de omgeving doordat je op iets anders lijkt.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
8
Op een goede manier doen, goed verzorgd worden.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
9
Bij mensen terechtkomen die je kwaad doen.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Ik geef een omschrijving. Welk woord is het zie blz. 116
Ik geef een omschrijving van een woord. Jullie schrijven het woord op.
10
Heel groot, (met) heel veel.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

  1. vermoeden
  2. de schutkleur
  3. overleven
  4. op je hoede zijn
  5. het laboratorium
  6. hooguit
  7. de camouflage
  8. in goede handen zijn
  9. in verkeerde handen vallen
  10. massaal

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 3b: Geef een advies aan een vriend over het nemen van een huisdier. Gebruik het woord 'aanraden'.

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

prooidier
roofdier
op de loer liggen
schutkleur
omgeving
Schrijf een stuk tekst van ongeveer 20 regels met de volgende woorden.
Denk aan:
tekstdoelen: informeren-amuseren-activeren
indeling: inleiding-kern-slot
Bewaar de tekst in je map op je laptop.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Huiswerk - 1.5 opdracht  t/m 3 - 7
timer
5:00
Werkboek online
  • opdrachten:
  • 2,3,4,5,6,8,9, 11, 12,13
  • Numo sprongtoets of de opdrachten maken
Online:
  • Rode (en oranje) bolletjes
     zijn gereset.
  • Maak ze opnieuw.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Noem een woord met een synoniem
Welk woord en betekenis weet je nog?
Maak een mooie zin met een moeilijk woord.
Begrippen
Beeld een moeilijk woord uit.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Welkom!
Wat ligt er op je tafel?








           
           Kom binnen en  
           ga zitten op jouw plek.



1
WELKOM!
2
 Woorden-schrift
   Pen
Laptop

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

  • Je leert 25 nieuwe woorden en je kunt ze toepassen;
  • Je weet wat achtervoegsels zijn.
LESDOELEN

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

  • lezen
  • Numo
  • opdrachten met woorden
Vandaag
  •    H2.5
 Huiswerk:
Programma:

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Een achtervoegsel zet je achter een woord.
De betekenis van het woord verandert als je er een achtervoegsel achter zet.
Voorbeeld: LOOS betekent zonder
waarde + loos = waardeloos = zonder waarde
draad + loos = draadloos = zonder draad
ACHTERVOEGSELS

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Lees de uitleg 2.5 op blz 121 opdracht 14 
.

Maak daarna opdracht: 16 en 17
ACHTERVOEGSELS

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Hoe ver ben je met je opdrachten?
Geef een voorbeeld van een woord met achtervoegsel.
Geef voorbeelden van vrouwelijke woorden.
Begrippen
Hoe was je werkhouding vandaag?

Slide 33 - Slide

This item has no instructions