Periode 2, les 3 instructie deel 2

Nederlands
Periode 2 | les 3 
instructies schrijven
deel 2
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Nederlands
Periode 2 | les 3 
instructies schrijven
deel 2

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

In deze les
  • Lesdoelen
  • 15 minuten lezen
  • Herhaling model van Van Gelder
  • Herhaling SMART
  • Instructie en oefening
  • Uitleg opdracht (Motile)
  • Uitvoeren opdracht

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
  • is je woordenschat verder uitgebreid en heb je geoefend aan je taalvaardigheden en concentratie. 
  • heb je een instructie geschreven, die een medestudent voldoende begrijpt om de geschreven handelingen correct uit te voeren.

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
  • heb je in Word een instructie van een sporthandeling geschreven. 

Voor de volgende les...
  • heb je per stap zelfgemaakte foto's toegevoegd. 

Let op: Instructie niet klaar = niet welkom in de les

Slide 5 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
  • heb je deze onderste twee cirkels gevuld met een groene inhoud. 

Slide 6 - Slide

Werkhouding en inzet
  • Boek
  • Te laat
  • Grijs gebied
  • Lezen
  • Uitleg
  • Werken
  • Eten

Slide 7 - Slide

Boek
Grijs gebied
Te laat
Lezen
Uitleg
Werken
Eten
meenemen
= niet welkom
= snel zitten, boek en laptop op tafel, stil
= lezen
= stil
= werken
= niet toegestaan

Slide 8 - Drag question

Werkhouding
  • Tas van tafel
  • Spullen mee en voor elkaar
  • Jas uit
  • Oortjes uit tijdens een uitleg
  • Jezelf en anderen niet afleiden

  • Stil tijdens een uitleg
  • Non-verbale communicatie 

Slide 9 - Slide

Inzet
  • Stil tijdens een uitleg
  • Tijdens werkmoment werken
  • Spelletjes en chatten doe je niet
  • Telefoongebruik?


Slide 10 - Slide

Lezen
15 minuten lezen in je eigen boek, tijdschrift of strip. 

Slide 11 - Slide

Hoe heb jij gelezen?
Ik heb me de hele tijd goed kunnen concentreren.
Ik heb me een groot deel van de tijd goed kunnen concentreren.
Ik werd af en toe afgeleid.
Ik had een slechte concentratie vandaag.

Slide 12 - Poll

model van Van Gelder
Het model geeft het lesgeefproces weer​.


Het model kent vier onderdelen: ​
  • De beginsituatie​
  • De doelstelling​
  • De les of training​
  • De evaluatie





Slide 13 - Slide

Beginsituatie
Doelstelling
Les / training
Evaluatie

Slide 14 - Drag question

model van Van Gelder
  • Lesopbouw: Structuur van de les
  • Organisatie: Tijd, materiaal, klassenmanagement
  • Bewegingsvormen: Actieve betrokkenheid fysiek en mentaal
  • Didactische werkvormen: Instructie of actieve werkvormen





Slide 15 - Slide

hoort er niet in
lesopbouw
organisatie
bewegings-vormen
didactischewerkvormen
differentiatie
reflectie
motivatie
communicatie
leeromgeving

Slide 16 - Drag question

Bij welk onderdeel hoort de structuur van je les?
A
Lesopbouw
B
Organisatie
C
Bewegingsvormen
D
Didactische werkvormen

Slide 17 - Quiz

Bij welk onderdeel hoort de fysieke en mentale betrokkenheid van de leerlingen?
A
Lesopbouw
B
Organisatie
C
Bewegingsvormen
D
Didactische werkvormen

Slide 18 - Quiz

Geef een SMART-doel

Slide 19 - Mind map

Waaraan herken je een instructietekst?
A
De verdeling tussen inleiding, kern en slot en de bron onderaan de tekst.
B
De verdeling tussen inleiding, kern en slot en de signaalwoorden.
C
De tekst is verdeeld in stappen en er staan signaalwoorden in.
D
De tekst is verdeeld in stappen en de bron staat onderaan de tekst.

Slide 20 - Quiz

Waar kom je instructies tegen?

Slide 21 - Mind map

In een instructie komen signaalwoorden terug zoals: eerst en daarna. 
Een instructie wordt duidelijker wanneer je afbeeldingen toevoegt. 
In een instructie wordt geen gebruik gemaakt van opsommingstekens. 
In een instructie is de volgorde niet zo belangrijk.
Een voorbeeld van een instructie is een reisbrochure.
Een voorbeeld van een instructie is een ontruimingsplan. 
goed
goed
goed
fout
fout
fout

Slide 22 - Drag question

Kijk recht vooruit in de spiegel en trek je onderste ooglid omlaag. 
Als het niet duidelijk is, dan zou je contact kunnen opnemen met mijn collega via e-mail of telefoon.
Het is handig om voor jezelf te bepalen wat een goede hoogte zou zijn voor je fotolijst.
Stap vervolgens een paar meter achteruit en kijk of je tevreden bent.
Zoek een veilige plek om het wiel te wisselen.
Om het makkelijker te maken om een fietsband te pakken, zet je de fiets op zijn kop en zorg je ervoor dat het stuur recht staat.
goed
goed
goed
fout
fout
fout

Slide 23 - Drag question

In deze les
  • Lesdoelen
  • Werkhouding en inzet
  • 15 minuten lezen
  • Herhaling model van Van Gelder
  • Herhaling SMART
  • Instructie en oefening
  • Uitleg opdracht (Motile)
  • Uitvoeren opdracht

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Opdracht Motile

Slide 27 - Slide

Opdracht Motile
  • Schrijf een instructie over een handeling die je bij jouw sport uitvoert. 
  • Voeg bij elke stap een eigen foto (bij voorkeur waar je zelf op staat) toe.
  • Minimaal 8 stappen 
  • Minimaal 200 woorden
  • Doelgroep = leeftijdsgenoten

Slide 28 - Slide

Opdracht Motile
  • Passende titel
  • Materialenlijst
  • Ruimte
  • Totale tijdsduur
  • Regels en afspraken (eventueel)
  • Korte concrete uitleg
  • Eventueel namen van oefeningen/spellen
  • Eventueel tijdsduur per oefening/spel
  • Eventueel didactische werkvormen

Slide 29 - Slide

Opdracht Motile
  • In de les gaan jullie elkaars instructie (waar mogelijk) uitvoeren en krijg je van drie studenten feedback op jouw product. 
  • Beoordelingsformulier in Motile
  • Na het beoordelen pas je product (indien nodig) aan. 
  • Je maakt een foto van de gekregen feedback en voegt deze toe aan je eindopdracht. 
  • Sla je opdracht op als pdf en zet jouw eindopdracht in de inlevermap.

Slide 30 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...
  • heb je in Word een instructie van een sporthandeling geschreven. 

Voor de volgende les...
  • heb je per stap zelfgemaakte foto's toegevoegd. 

Let op: Instructie niet klaar = niet welkom in de les

Slide 31 - Slide

Opdracht Motile
Klaar?
  • Ga bezig met een module waar jouw naam bij staat. 
  • Ga bezig met een ander vak. 
  • Verlaat het lokaal. 

Slide 32 - Slide