Paragraaf 1.3 Vergelijkingen

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Vergelijkingen

Omgekeerd evenredig verband

Wortelverband

Periodiek verband

Wortelverband

De diameter van een boom kan berekend worden met de formule:

Hierin is d de diameter in cm en t de tijd in jaren.  

d=√​2t​​​

Wortelverband

Grafiek tekenen

Tabel maken:

d=√​2t​​​

t	0	2	4	6
d	0	2	...	...

d=√​2⋅0​​​=√​0​​​=0

d=√​2⋅2​​​=√​4​​​=2

d=√​2⋅4​​​=√​8​​​

Wortelverband

Wat mist er in deze grafiek?

d=√​2t​​​

t	0	2	4	6
d	0	2	...	...

Omgekeerd evenredig verband

20 snoepjes worden verdeeld over het aantal personen op een feestje. Iedereen krijgt evenveel. 

Omgekeerd evenredig verband

20 snoepjes worden verdeeld over het aantal personen op een feestje. Iedereen krijgt evenveel. 

aantal snoepjes = 

20 : aantal personen

s=​a​​20​​

Omgekeerd evenredig verband

20 snoepjes worden verdeeld over het aantal personen op een feestje. Iedereen krijgt evenveel. 

aantal snoepjes x aantal personen = 20

s=​a​​20​​

Periodieke grafiek

Periode:

Evenwichtsstand:

Amplitude:

Frequentie:

Periodieke grafiek

Periode:

Lengte stuk dat steeds terug komt

Evenwichtsstand:

Amplitude:

Frequentie:

Periodieke grafiek

Periode:

Lengte stuk dat steeds terug komt

Evenwichtsstand:

Midden tussen hoogste en laagste

Amplitude:

Frequentie:

Periodieke grafiek

Periode:

Lengte stuk dat steeds terug komt

Evenwichtsstand:

Midden tussen hoogste en laagste

Amplitude:

Hoogste - evenwichtsstand

Frequentie:

Periodieke grafiek

Periode:

Lengte stuk dat steeds terug komt

Evenwichtsstand:

Midden tussen hoogste en laagste

Amplitude:

Hoogste - evenwichtsstand

Frequentie:

Hoe vaak de periode voorkomt 

Huiswerk maken

Maak minimaal opgave 8, 9, 14, T3, T4

Leerdoelen 1.3

Vergelijking kunnen oplossen met:

snijpunten

 inklemmen

Opdracht

5x+2=3x+20

Snijpunten vinden

Snijpunten vinden van

5x+2=3x+6

y=5x+2

y=3x+6

Inklemmen

Snijpunten vinden van 

y=−x​2​​+8

y=x+2

Inklemmen

Snijpunten vinden 

y=−x​2​​+8

y=x+2

x

-4

-3

-2

-1

0

1

2

3

4

Inklemmen

x = -4:

x = 3: 

y=−x​2​​+8

y=x+2

x	-4	-3	-2	-1	0	1	2	3	4
	-8

y=−(−4)​2​​+8=−16+8=−8

y=−(3)​2​​+8=−9+8=−1

Inklemmen

x = -4:

x = 3: 

y=−x​2​​+8

y=x+2

x	-4	-3	-2	-1	0	1	2	3	4
	-8	-1	4	7	8	7	4	-1	8
	-2	-1	0	1	2	3	4	5	6

y=−(−4)​2​​+8=−16+8=−8

y=−(3)​2​​+8=−9+8=−1

Inklemmen

Snijpunten:

(-3, -1) en (2,4)

y=−x​2​​+8

y=x+2

x	-4	-3	-2	-1	0	1	2	3	4
	-8	-1	4	7	8	7	4	-1	8
	-2	-1	0	1	2	3	4	5	6

Huiswerk maken

Par 1.3: Maak minimaal opgave 19, 21, 22, T5

(Par 1.2: Maak minimaal opgave 9, 12 16, T3, T4)