7.2
Welkom!
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.
Items in this lesson
Welkom!
Slide 1 - Slide
Herhaling 7.1
Wie?
Wat?
Waar?
Wanneer?
Oorzaken?
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
7.2
https://schooltv.nl/video/nieuwsuur-in-de-klas-herinneringen-aan-slavernij/#q=slavernij
lesbrief
lesbrief
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Programma
- Herhaling 7.1
- Leerdoelen 7.2
- Video
- Uitleg 7.2 leerdoelen 1-4 (incl. video)
- Controlevragen
- Zelfstandig werken
- Afsluiting
Slide 7 - Slide
7.2 Slavernij in de koloniën
Slide 8 - Slide
Leerdoelen
7.2 Slavernij in de koloniën
1) Ik kan het verband uitleggen tussen de opkomst van plantagekoloniën in
West-Indië en de toenemende trans-Atlantische slavenhandel.
2) Ik kan een indruk geven van het dagelijks leven van mensen die in slavernij de
plantages bewerkten in de plantagekoloniën.
3) Ik kan beschrijven hoe in Suriname de slavernij conflicten veroorzaakte
tussen marrons en soldaten van de Republiek.
4) Ik kan verklaren welke veranderingen in de Europese samenleving de opkomst
van het abolitionisme veroorzaakten en je kunt benoemen hoe deze ontwikkeling
leidde tot het afschaffen van de slavernij.
Slide 9 - Slide
7.2 Suikerplantages van Suriname
Plantagekoloniën Portugezen en Spanjaarden zeer winstgevend.
Engeland, Frankrijk en Republiek volgden voorbeeld.
Toenemende vraag arbeidskrachten:
- Inheemse bevolking ongeschikt.
- Goedkope arbeidskrachten uit West-Afrika.
(trans-Atlantische slavenhandel).
Republiek
1634 Curaçao veroverd op Spanje.
1667 Suriname veroverd door op Engelsen.
Slide 10 - Slide
Noteer vier kenmerken van het leven op een suikerplantage.
Slide 11 - Slide
7.2 Suikerplantages van Suriname
Suriname complexe samenleving
- Europeanen
- mulatten
- vrije zwarten
- slaafgemaakten
Verzet en opstand
- marrons
- Boni (Suriname) en Tula (Curaçao)
Slide 12 - Slide
7.2 Abolitionisme
Twee oorzaken:
- ideeën over gelijkheid en vrijheid (Verlichting)
- ideeën naastenliefde en rechtvaardigheid (religie)
1807 Afschaffing slavenhandel Britse Rijk
1833 Afschaffing slavernij Britse Rijk
1863 Afschaffing slavernij Nederland
Slavenhouders gecompenseerd voor het vrijmaken van slaven.
Slide 13 - Slide
Controlevragen
1) Welk verband bestaat er tussen de opkomst van plantagekoloniën in West-Indië en de toenemende trans-Atlantische slavenhandel?
2) Bedenk waarom sommige mensen vandaag de dag ontevreden zijn over hoe de afschaffing van de slavernij is verlopen.
Klaar? Ga verder met weektaak.
Slide 14 - Slide
Leerdoelen
7.2 Slavernij in de koloniën
1) Ik kan het verband uitleggen tussen de opkomst van plantagekoloniën in
West-Indië en de toenemende trans-Atlantische slavenhandel.
2) Ik kan een indruk geven van het dagelijks leven van mensen die in slavernij de
plantages bewerkten in de plantagekoloniën.
3) Ik kan beschrijven hoe in de Suriname de slavernij conflicten veroorzaakte
tussen marrons en soldaten van de Republiek.
4) Ik kan verklaren welke veranderingen in de Europese samenleving de opkomst
van het abolitionisme veroorzaakten en je kunt benoemen hoe deze ontwikkeling
leidde tot het afschaffen van de slavernij.
Slide 15 - Slide
Aan de slag
- Wat? Weektaak
- Hoe? Alleen en in stilte
- Hulp? Docent
- Klaar? Herhaal stof of werk leerdoelen uit.
