What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Paragraaf 3.1
Leerdoelen
Paragraaf 3.1
1. Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op organismen (biotische factoren en abiotische factoren)
2. Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.
3. Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan kou en hitte.
1 / 33
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
This lesson contains
33 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Leerdoelen
Paragraaf 3.1
1. Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op organismen (biotische factoren en abiotische factoren)
2. Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.
3. Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan kou en hitte.
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Paragraaf 3.1
1. Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op organismen (biotische factoren en abiotische factoren)
2. Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.
3. Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan kou en hitte.
Slide 2 - Slide
Biotische factoren
Organismen hebben invloed op elkaar.
Invloeden (factoren) uit de levende natuur worden biotische factoren genoemd.
Slide 3 - Slide
Abiotische factoren
Abiotische factoren zijn invloeden die niet uit de levende natuur komen, maar wel invloed hebben op populaties.
Voorbeelden zijn Temperatuur, licht en water.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
https:
Slide 6 - Link
https:
Slide 7 - Link
De hoeveelheid voedsel is een ____________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 8 - Quiz
Temperatuur is een __________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 9 - Quiz
De hoeveelheid zuurstof in de lucht is een _________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 10 - Quiz
Concurrentie is een ___________ factor
A
Biotisch
B
Abiotisch
Slide 11 - Quiz
Is het eiland IJburg een ecosysteem?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Ecosysteem
De biotische factoren en abiotische factoren bepalen hoe een gebied eruit ziet.
Samen vormen de biotisch en abiotische factoren een
ecosysteem
Slide 13 - Slide
Welke ecosystemen ken jij?
Slide 14 - Mind map
Leerdoelen
Paragraaf 3.1
1. Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op organismen (biotische factoren en abiotische factoren)
2. Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.
3. Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan kou en hitte.
Slide 15 - Slide
aanpassingen
Om goed te kunnen overleven in een ecosysteem heeft een organisme aanpassingen nodig.
Een aanpassing is dan ook een eigenschap van het organisme, waardoor hij goed kan overleven.
Slide 16 - Slide
aanpassingen van planten
1. Voorjaarsbloeiers
2. Klimplanten
3. Wortelrozetten
4. Woestijnplanten
Slide 17 - Slide
voorjaarsbloeiers
Klimplanten
wortelrozetten
woestijnplanten
bloeien voordat er bladeren aan de bomen komen
zorgen ervoor dat de planten genoeg ruimte voor zichzelf hebben, zodat hij genoeg mineralen en water tot zijn beschikking heeft.
groeit langs de boomstam richting het licht.
hebben aanpassingen om waterverlies tegen te gaan. (bijna geen bladeren, dikke waslaag, of een dikke bladeren
Slide 18 - Drag question
Leerdoelen
Paragraaf 3.1
1. Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op organismen (biotische factoren en abiotische factoren)
2. Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.
3. Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan kou en hitte.
Slide 19 - Slide
Aanpassing aan abiotische factor (omgevings)temperatuur.
Zoogdieren en vogels zijn warmbloedig.
Slide 20 - Slide
Zoogdieren en vogels zijn warmbloedig, wat betekent dat?
Slide 21 - Open question
Aanpassingen warmbloedige dieren
Isoleren
- wintervacht
- vetlaag
Slide 22 - Slide
Hoe isoleren wij ons huis?
Slide 23 - Mind map
Aanpassingen aan een warme omgeving
Voorbeelden zijn:
1. dunne vacht
2. grote oren
3. lange poten
Het lichaamsoppervlak vergroten, zodat er zoveel mogelijk warmte weg kan.
Slide 24 - Slide
Aanpassing aan hun leefwijze
Je kan aan het gebit van een zoogdier zien wat ze eten.
1. richel (plooikiezen) & snijtanden ==> planteneters
2. Knipkiezen & scherpe hoektanden ==> vleeseters
3. Knobbelkiezen & snijtanden ==> alleseters
Slide 25 - Slide
Een mens heeft
A
knipkiezen en hoektanden
B
knobbelkiezen, hoektanden en snijtanden
C
richelkiezen en snijtanden
Slide 26 - Quiz
Een mens is een ...
A
omnivoor
B
carnivoor
C
herbivoor
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
Waarom hebben eenden een zeefsnavel en een appelvink een kegelsnavel?
Slide 29 - Open question
Slide 30 - Slide
Een kievit is een weidevogel, welke poten zal de kievit hebben?
A
Klimpoten
B
zwempoten
C
grijppoten
D
steltpoten
Slide 31 - Quiz
De kerkuil is een echte jager. Het liefst pakt hij muizen om op te eten. Welke poten zal een steenuil hebben?
A
Steltpoten
B
Grijppoten
C
klimpoten
D
zwempoten
Slide 32 - Quiz
Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op organismen (biotische factoren en abiotische factoren)
2. Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.
3. Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan kou en hitte.
Slide 33 - Slide
More lessons like this
4V 6.3 Soorten + 6.4 Relaties
May 2023
- Lesson with
35 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
§3.1 - Organismen in hun omgeving
April 2022
- Lesson with
49 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
3.1 Organismen in hun omgeving
December 2023
- Lesson with
21 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
3.1 Organismen in hun omgeving
November 2023
- Lesson with
31 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
3.1 Organismen in hun omgeving
November 2021
- Lesson with
47 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
6.2 Biotoop onder de loep
May 2023
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Paragraaf 3.1 Organismen in hun omgeving
November 2021
- Lesson with
45 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Organismen leven samen 1
December 2021
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3