Opdracht 1: In tweetallen ga je 35 muntjes verdelen over 8 posten. 1 muntje staat voor 10 miljoen euro.
Opdracht 2: Schrijf waar aan je het meeste geld uitgeeft en waarom.
Opdracht 3: Schrijf waar aan je het minste geld uitgeeft en waarom.
(Beargumenteer in minimaal 1 zin!!!)