Geluid wordt gemaakt door een geluidsbron.
Een geluidsbron maakt trillingen.
Een klankkast versterkt het geluid.
Je oor vangt trillingen op. De gehoorzenuw geeft seintjes aan je hersenen.
Daardoor kun je geluid horen.
De eenheid voor geluidsterkte is decibel (dB).
Geluidsterkte meet je met een decibel-meter.
De gehoordrempel is de geluidsterkte die je nog net kunt horen.
De pijngrens is de geluidsterkte die pijn gaat doen aan je oren.