7e cours (D - deel 2)

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

le mercredi, 2 octobre 2024

Planning du jour

Focusleren

Au travail

Français en classe

Grammaire D p2

Français en classe

•  Tu as un chien?

Non, j'ai un(e)...

Non, je n'ai pas de chien.

• Tu as Instagram / Snapchat / Facebook / Tiktok?
  
• Tu publies beaucoup de photos/vidéos?
• Tu suis aussi des personnes connues ?
  

exercice 15e - page 31

questions:

Waarom zijn de volgende combinaties fout?

• Les acteurs est nerveux.
• Les acteurs sont nerveux.
• La vidéo est mystérieux.
• La vidéo est mystérieuse.

Magister

Huiswerk: kies een beroemd persoon en omschrijf in. Bewaar een foto in je telefoon.

2 zinnen A) het uiterlijk (groot/klein/kleding)

1 zin      B) hoe hij/zij is (hij/zij is slim//Italiaans/sportief/creatief).

Lever hier je zinnen in.

Au travail

page trente-deux

16d  Schrijf de bijvoeglijk naamwoorden op de juiste plek in de tabel. Kies uit.

16e  Schrijf de bijvoeglijk naamwoorden op de juiste plek in de zin.

16f   Maak de zinnen compleet met een bijvoeglijk naamwoord. Kies uit.

17a Zet de zinnen in de juiste volgorde.

17b Vertaal de zinnen van 17a in je schrift.

18 Bekijk het plaatje en bedenk zelf 5 Franse zinnen. 

     Gebruik de onderstaande woorden.

Bijvoeglijk naamwoorden in het Frans

Marianne est ....

1. brésilien
2. brésilienne
3. brésiliens
4. brésiliennes

Marie et Luca sont ....

1. brésilien
2. brésilienne
3. brésiliens
4. brésiliennes

Le prof de maths, il est ....

1. furieux
2. furieuse
3. furieuses

La fille est vraiment ... de lui.

1. amoureux
2. amoureuse
3. amoureuses

Laisse un _______ commentaire en dessous.

1. nouveau
2. nouvelle
3. nouveaux
4. nouvelle

Aantekeningen source D

De meeste bijvoeglijke naamwoorden staan achter het zelfstandig naamwoord.

Sommige staan er voor (BRAGS)

Un t-shirt vert            (een groen t-shirt)

un garçon sportif    (een sportieve jongen)

Aantekeningen source D

De meeste bijvoeglijke naamwoorden staan achter het zelfstandig naamwoord. Sommige staan er voor:

Beauty              joli (knap, mooi), beau (mooi)

Rank                 premier (eerste), dernier (laatste)

Age                  jeune (jong), vieux (oud), nouveau (nieuw),

Goodness          bon (goed, lekker), mauvais (slecht)

Size                  grand (groot), petit (klein), long (lang)

un joli garçon - une jolie fille

Jeu de vitesse

page: trente-deux

exercice 16c - page 32

bon beau joli

haut long petit

jeune grand gros

vieux mauvais nouveau

Wie is het snelst???

Au travail

15c   Welke woorden horen bij Milou? En welke bij Thomas?

15d   Kies

15e   Bedenk 5 Franse zinnen. 

         Uit iedere kolom gebruik je 1 woord. 

         Let op het bijvoeglijk naamwoord! (de kameleon)

16a Lees de zinnen en beantwoord de vragen in het NL.

                    

exercice 15c - page 31

Welke woorden horen bij Milou? en welke bij Thomas? 

Waar kun je dat aan zien?

exercice 15d - page 31

• 1   ma famille active
  
• 2  un garçon  heureux
  
• 3   des messages positifs
  
• 4   Elle est curieuse
  
• 5   des plats italiens
  
• 6   une recette délicieuse
  

exercice 15e - page 31

exemples:

• Les acteurs sont nerveux.
  
• Le vlogueur est brésilien.
  
• Les commentaires sont mystérieux.
  
• La vidéo est négative.
  
• Le message est furieux.
  
• L’influenceuse est sportive.
  

exercice 15e - page 31

questions:

Waarom zijn de volgende combinaties fout?

• Les acteurs est nerveux.
• Les acteurs sont nerveux.
• La vidéo est mystérieux.
• La vidéo est mystérieuse.

Au travail

16d  Schrijf de bijvoeglijk naamwoorden op de juiste plek in de tabel. Kies uit.

16e  Schrijf de bijvoeglijk naamwoorden op de juiste plek in de zin.

16f   Maak de zinnen compleet met een bijvoeglijk naamwoord. Kies uit.

17a Zet de zinnen in de juiste volgorde.

17b Vertaal de zinnen van 17a in je schrift.

18 Bekijk het plaatje en bedenk zelf 5 Franse zinnen. 

     Gebruik de onderstaande woorden.

exercice 16d - page 32

exercice 16e - page 32

• 1   un YouTubeur français
  
• 2   sa dernière vidéo
  
• 3   un nouveau truc
  
• 4   une personne active
  
• 5   une longue carrière
  

exercice 16f - page 32