1hv lezen h6
1 / 17
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Vraag 1: Het is een vervelende regel die bijna altijd opgaat (alinea 1). Wat is die regel?
Slide 7 - Open question
Vraag 2. Maar er is hoop (alinea 2). De schrijver vindt dat...
A
omdat cacao-extract nare ziektes kan voorkomen.
B
omdat chocolade kan helpen tegen ernstige ziektes.
C
omdat er steeds meer bewijs is dat chocolade erg gezond is.
D
omdat het toch mogelijk lijkt dat iets lekkers ook gezond is.
Slide 8 - Quiz
3. Welk tekstverband herken je tussen de tweede en derde zin van alinea 2?
A
Toelichtend verband
B
Opsommend verband
C
Chronologisch verband
D
Tegenstellend verband
Slide 9 - Quiz
4. Aan welk signaalwoord herken je dat verband?
A
En
B
Ook
C
Bijvoorbeeld
D
Zo
Slide 10 - Quiz
Wat betekent het als de wetenschap mij goed gezind is? (alinea 3)
A
Wetenschappers zeggen dingen die gezond voor mij zijn.
B
Wetenschappers zeggen dingen die ongezond voor mij zijn.
C
Wetenschappers zeggen dingen die negatief voor mij zijn.
D
Wetenschappers zeggen dingen die positief voor mij zijn.
Slide 11 - Quiz
Ook hier is de wetenschap mij goed gezind (alinea 3). Welk tekstverband geeft 'ook' aan?
A
Toelichtend verband
B
Opsommend verband
C
Tegenstellend verband
D
Chronologisch verband
Slide 12 - Quiz
Zo gaat het eigenlijk altijd met dit soort dingen (alinea 4). Waarnaar verwijst 'Zo'?
A
Iets lijkt eerst geweldig nieuws, maar later blijkt het toch tegen te vallen.
B
Als iets geweldig is, dan wil iedereen het.
C
Ze liegen over de gezondheid van chocolade.
D
In de fabriek worden alle gezonde stofjes van chocolade verwijderd.
Slide 13 - Quiz
Waarom zit de schrijver niet op een pil te wachten (al. 5)?
Slide 14 - Open question
Wat is het belangrijkste tekstdoel van deze tekst?
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Amuseren
D
Activeren
Slide 15 - Quiz
Wat is het doel van de afbeelding bij deze tekst?
A
Verfraaien
B
Aandacht trekken
C
Verduidelijken
D
Aanvullen
