1.2b De Nederlandse industrie

Welkom
Opgeladen laptop op je tafel

1 / 15
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
Opgeladen laptop op je tafel

Slide 1 - Slide

Stukgoederen

Massagoederen

Slide 2 - Drag question

Grondstoffen
Product

Slide 3 - Drag question

Wat voor goederen zijn dit? Sleep ze naar het goede vak.
Massagoederen
Stukgoederen
bananen
steenkool
scooters
auto's
olie
graan

Slide 4 - Drag question

Stukgoederen
Massagoederen
Bananen
Steenkool
Graan
Scooters
IJzererts
Auto's

Slide 5 - Drag question

Wat gaan we vandaag leren?
Bijna alles wat je in de winkel koopt is gemaakt in een fabriek. Sommige daarvan staan in Nederland en verkopen ook producten aan het buitenland. 
Hoe ziet de industrie in Nederland eruit?

Leerdoel: Hoe ziet de industrie in Nederland eruit?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Kies de beste vestigingsplaatsfactoren
A
een hoogopgeleide arbeidsmarkt en goede verbindingen
B
goede arbeidsmarkt, rijke afzetmarkt, verbindingen
C
aanwezigheid van grondstoffen en verbindingen
D
goedkope arbeidsmarkt, grondstoffen en ligging

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Begrippen
Afzetmarkt:                    Gebied waar je een product kunt verkopen.
Agglomeratie-effect:      Het effect dat bedrijven voordeel hebben van elkaars diensten en producten 
                                        en daarom bij elkaar willen zitten.
Arbeidsmarkt:                 Het geheel van vraag en aanbod van werk. Werkgevers bieden werk aan, 
                                        werkzoekenden zoeken werk.
Industriële inertie:          Het verschijnsel dat bedrijven niet verhuizen als de oorspronkelijke 
                                        vestigingsplaatsfactoren niet meer gelden.
Massagoed:                     Goederen die los in het ruim van een vervoermiddel worden gestort.
Multinational:                  Een bedrijf met vestigingen over de hele wereld.
Stukgoed:                         Apart verpakte goederen, die in grote hoeveelheden meestal in containers worden vervoerd.
Vestigingsplaatsfactor:     Reden waarom een bedrijf zich op een bepaalde plaats vestigt.

Slide 13 - Slide

Succescriteria
Wat moet je kennen en kunnen?
  • Je kunt vestigingsplaatsfactoren noemen van verschillende soorten industrie.
  • Je kunt twee redenen geven waarom industrie vaak in steden is gevestigd.
  • Je kunt voorbeelden geven van Nederlandse multinationals en uitleggen wat het belang is van de vestigingsplaats van een hoofdkantoor.

Slide 14 - Slide

Aan de slag
Je mag aan de slag met de opdrachten van §1.2 in Learnbeat

Slide 15 - Slide